Problemen oplossen
Ik kan mijn toestel niet inschakelen of mijn toestel gaat steeds uit
Als uw toestel steeds uitgaat of niet kan worden ingeschakeld, kan dit wijzen op een probleem met de voeding.
Controleer het volgende om te proberen de oorzaak van het voedingsprobleem te vinden en het probleem te
verhelpen.
• Controleer of de voedingsbron stroom geeft.
U kunt dit op verschillende manieren controleren. U kunt bijvoorbeeld controleren of andere toestellen op
dezelfde voedingsbron wel goed functioneren.
• Controleer de zekering in de voedingskabel.
De zekering bevindt zich in een houder die deel uitmaakt van de rode draad van de voedingskabel. Controleer
of de geïnstalleerde zekering de juiste capaciteit heeft. Op het label op de kabel of in de installatiehandleiding
staat aangegeven welke capaciteit de zekering moet hebben. Controleer of de zekeringsdraad in de zekering
niet kapot is. U kunt de zekering testen met een multimeter. Als de zekering in orde is, geeft de multimeter 0
ohm aan.
• Controleer of het toestel ten minste 12 V ontvangt.
U kunt het voltage controleren door de gelijkstroomspanning te meten tussen het contrabusje en de aarde
van de voedingskabel. Als de spanning minder bedraagt dan 12 Volt, gaat het toestel niet aan.
• Als het toestel voldoende stroom krijgt, maar niet kan worden ingeschakeld, kunt u contact opnemen met
Garmin productondersteuning.
De zekering in de voedingskabel vervangen
1 Open het omhulsel van de zekering
2 Draai en trek aan de zekering om deze te verwijderen
3 Plaats een nieuwe snelle zekering van 3 A.
4 Sluit het omhulsel van de zekering.
Mijn toestel ontvangt geen GPS-signalen
Als het toestel geen satellietsignalen ontvangt, kan dit verschillende oorzaken hebben. Als het toestel over een
grote afstand is verplaatst sinds de laatste keer dat satellietsignalen werden ontvangen of als het toestel langer
dan een paar weken of maanden uitgeschakeld is geweest, kan het voorkomen dat het toestel satellietsignalen
niet meer goed ontvangt.
• Controleer of de nieuwste softwareversie op het toestel is geïnstalleerd. Als dat niet het geval is, werkt u de
software van het toestel bij
• Zorg dat het toestel zich in de open lucht bevindt, zodat de antenne het GPS-signaal kan ontvangen. In een
cabine moet het toestel dichtbij een venster worden gemonteerd, zodat het GPS-signaal kan worden
ontvangen.
Mijn echolood werkt niet
• Druk de transducerkabel helemaal in de achterzijde van het toestel.
Duw de kabel goed vast in het toestel, zelfs al lijkt het alsof de kabel is verbonden.
• Druk op
en zorg dat het echolood is ingeschakeld.
• Selecteer het juiste transducertype
Appendix
.
(Software bijwerken met de ActiveCaptain app, pagina
(Het transducertype selecteren, pagina
.
11).
6).
33