Eenheid instellen
Selecteer Instellingen > Eenheden.
Systeemeenheden: Stelt de systeemeenheid in voor het toestel.
Afwijking: Hiermee wordt de magnetische afwijking, de hoek tussen het magnetische noorden en het ware
noorden, ingesteld voor uw huidige locatie.
Noordreferentie: Stelt de richtingreferenties in voor het berekenen van de koersinformatie. Waar stelt het
geografische noorden in als de noordreferentie. Grid stelt het kaartnoorden in als de noordreferentie (000º).
Magnet. stelt het magnetische noorden in als de noordreferentie.
Positieweergave: Hiermee selecteert u het positieformaat waarmee een locatie wordt aangeduid. Wijzig het
positieformaat alleen wanneer u een kaart gebruikt met een afwijkende indeling.
Kaartdatum: Hiermee stelt u het coördinaatsysteem van de kaart in. Wijzig deze instelling alleen wanneer u een
kaart gebruikt met een afwijkende kaartindeling.
Tijdweergave: Hiermee kiest u UTC-, 12-uurs- of 24-uurs-tijdweergave.
Tijdzone: Hiermee stelt u de tijdzone in.
Zomertijd: Hiermee schakelt u de zomertijd Uit of Aan.
Navigatie-instellingen
OPMERKING: Voor sommige instellingen en opties zijn extra toestellen vereist.
Selecteer Instellingen > Navigatie.
Routelabels: U kunt instellen welk type labels wordt weergegeven voor koerswijzigingen op de kaart.
Koerswijzigingsovergang activeren: Hier kunt u instellen of de koerswijziging op basis van tijd of afstand moet
worden berekend.
Tijd koerswijzigingovergang: Hier kunt u het aantal minuten instellen vóór de koerswijzigingsovergang naar het
volgende routedeel, als Tijd is geselecteerd voor de instelling Koerswijzigingsovergang activeren.
Afstand koerswijzigingsovergang: Hier kunt u de afstand instellen vóór de koerswijzigingsovergang naar het
volgende routedeel, als Afstand is geselecteerd voor de instelling Koerswijzigingsovergang activeren.
Begin van route: Selecteert een beginpunt voor routenavigatie. U kunt Boot selecteren om de navigatie te
starten vanaf de actuele locatie van de boot of Waypoints om vanaf het eerste via-punt op de route te
beginnen.
De fabrieksinstellingen herstellen
OPMERKING: Zo verwijdert u alle instellingen die u hebt ingevoerd, inclusief alle Garmin Quickdraw Contouren
die u hebt gegenereerd.
Selecteer Instellingen > Systeem > Systeeminformatie > Herstel > Herstel instellingen > Ja.
Met deze functie kunt u gegevens importeren van andere toestellen die mogelijk door derden zijn gegenereerd.
Garmin doet geen uitspraken over de nauwkeurigheid, volledigheid of actualiteit van door derden gegenereerde
gegevens. Het vertrouwen op of het gebruik van dergelijke gegevens is voor uw eigen risico.
U kunt gebruikersgegevens delen tussen compatibele toestellen. Tot de gebruikersgegevens behoren
waypoints, opgeslagen tracks, routes en grenzen.
• U kunt gegevens delen als twee compatibele toestellen via de blauwe en bruine draden in de voedingskabel
of de gegevensuitwisselingskabel zijn verbonden
te delen, pagina
31).
30
Gebruikersgegevens beheren en delen
WAARSCHUWING
(Verbinden met een Garmin toestel om gebruikersgegevens
Gebruikersgegevens beheren en delen