BEDIENING
Bediening
3 Druk op de aan/uit-knop op de
hoogtesensor (ON).
1 Plaats het instrument op de
4 Selecteer de precisiemodus
driepoot of een vlak oppervlak. Zorg
door op de nulpuntprecisieknop
dat het instrument bij benadering
te drukken.
waterpas staat.
5 Zoek het nulpunt "---" op door
2 Druk op de aan/uit-knop (ON).
de hoogtesensor omhoog en
omlaag te bewegen.
Hoogtewaarschuwingsfunctie
Als het instrument een trilling detecteert, geeft deze functie dit aan de
operator door.
• Als de montagestatus van het instrument (hoogte) flink wordt veranderd
doordat de operator of iets anders ertegenaan stoot, stopt deze functie de
zelfstelling om de werkingsnauwkeurigheid te behouden en licht de operator
over de toestand in. De drie lampjes knipperen tegelijkertijd zoals rechts
wordt geïllustreerd.
• 1 minuut na activering van de zelfstellende functie en verzending van de
laserstraal begint deze functie te werken.
• De hoogtewaarschuwingsfunctie werkt niet in de handmatige modus.
De hellingsrichting afstemmen
De helling kan alleen in de richting van de X-as worden ingesteld (zie
CONTROLES EN BIJSTELLINGEN).
[1. Montage van het instrument
Wanneer de laser wordt gebruikt om de helling in te stellen, moet de laser
goed worden uitgelijnd zodat de hellings-as van de laserstraal parallel loopt
met de gewenste richting van de helling.
Het vizier boven op het instrument is gekalibreerd op de hellings-as van de
laserstraal. Volg de onderstaande stappen om de laser uit te lijnen met de
gewenste richting van de helling:
1 Stel een doellijn vast die parallel ligt met de gewenste hellingsrichting.
2 Stel de laser op over deze lijn (laat een schietloodje zakken vanaf de
bevestigingsschroef van de driepoot.)
3 Breng het instrument ruwweg op één lijn met de hellingsrichting.
Controleer of de richting juist is voor de in te stellen helling.
4 Centreer het instrument met behulp van het vizier op het doel. (zie de
onderstaande illustratie)
Doel
CONTROLES EN BIJSTELLINGEN
Controles en bijstellingen
De gebruiker kan de horizontale kalibratie van de laserstraal controleren.
[Controleren]
1 Zet op circa 50 m (160ft) van de muur een driepoot op. Monteer het
instrument op de driepoot met de X1-zijde naar de muur gericht.
2 Schakel het instrument in en wacht tot de zelfstelling voltooid is.
3 Plaats de hoogtesensor in de nauwkeurige detectiemodus door op de
nulpuntprecisieknop te drukken.
4 Markeer met behulp van de hoogtesensor het middelpunt van de laserstraal
op een muur. (X1)
5 Schakel het instrument uit.
Draai de driepootschroef los, draai het instrument 180 graden en zet het
weer vast op de driepoot. De X2-zijde van het instrument is nu naar de
muur gekeerd.
Let erop dat u de hoogte niet wijzigt als u het instrument draait.
6 Draai het instrument weer en wacht tot de zelfstelling voltooid is.
7 Markeer met behulp van de hoogtesensor het middelpunt van de laserstraal
op een muur. (X2)
8 Als het verschil van de gemarkeerde laserstraalhoogtes (het verschil tussen
waarde X1 en X2) minder dan 5 mm is, zijn er geen bijstellingen nodig.
Als het verschil groter is dan 5 mm stelt u het instrument bij volgens de
beschrijving aan de rechterzijde.
9 Controller de Y-zijde op dezelfde wijze.
* Er is sprake van een overschrijding van het bijstellingsbereik als het verschil
groter is dan 40 mm (±90"). Neem contact op met uw lokale dealer.
Kegelfouten controleren
Kegelfout
Nulpunt-
Muur A
positie
Muur B Muur A
FOUTMELDING
Zie de onderstaande tabel voor bedieningsfouten die worden aangegeven door knipperende lampjes op het
bedieningspaneel.
(Zie Plaats van de lampjes voor hun betekenis.)
Neem contact op met uw lokale dealer als de oplossing de fout niet verhelpt.
Betekenis van de lampjes
Foutmelding
Lamp B, C en D knipperen
Fout in het zelfstellende
afwisselend
bereik
Lampje A brandt.
Batterijfoutmelding
Lamp B, C en D knipperen
Hoogtewaarschuwingsfout Schakel het instrument uit, zet het instrument bij benadering
afwisselend
Lampje D knippert snel.
Kalibratiefout
Lampje E brandt.
Kalibratiefouten
Lamp B, C en D knipperen
controleren en bijstellen
afwisselend
Lamp A, B, C en D knipperen
Interne fout
allemaal tegelijkertijd
VOORKOM BLOOTSTELLING
DE LASERSTRAAL WORDT VANUIT DEZE
DIAFRAGMAOPENING VERZONDEN
75-1 Hasunuma-cho, Itabashi-ku, Tokyo 174-8580, Japan
Zie de volgende website voor contactadressen.
ALGEMENE GATEWAY http://global.topcon.com/
6 Markeer de positie op de nulpunt-index.
(De bovenkant van de hoogtesensor ligt 40 mm
[1 9/16"] van de index voor offsetmarkering.)
Het instrument trilt.
[2. Helling instellen]
Bedieningsprocedure
(Helling instellen)
1
Druk de aan/uit-knop op ON.
U kunt de helling instellen nadat de zelfstelling
is voltooid.
2
Druk eenmaal op een van de hellingsknop-
pen. De laserstraal blijft afbuigen in de richting
van de ingedrukte knop.
3
Druk opnieuw op de hellingsknop. De laser-
straal stopt met afbuigen.
(De laserstraal wordt horizontaal ingesteld, ten-
zij u opnieuw op de hellingsknop drukt.)
4
Druk op de hellingsknop om de helling bij te
stellen. Hoelang u op de hellingsknop drukt,
beïnvloedt de afbuigsnelheid van de laser-
straal. Aan de snelheid waarmee het lampje
knippert, kunt u de afbuigbeweging van de
laserstraal aflezen.
5
Druk de aan/uit-knop op OFF om de hellings-
instelling te annuleren.
• Nadat de helling is ingesteld, werkt de zelfstellende functie niet in de X-asrichting.
hoogtesensor
X1-laserstraal
Circa 50 m
X2-laserstraal
Circa 50 m
X2
Greep
Bedieningspaneel
Voer de volgende controle uit na voltooiing van de kalibratieprocedure voor de horizontale stand.
[Controleren]
Circa 40m
1 Stel de laser op in het midden van twee muren die circa 40 m (131 ft) van elkaar af staan. Richt het instrument zo dat één as, de X-as of de Y-as, naar de muur gericht is.
2 Zoek en markeer de plaats van de roterende laserstraal op beide muren met behulp van de hoogtesensor.
3 Draai het instrument en plaats het instrument dichter bij muur A (tot op 1 à 2 m/ 3 à 6 ft). Wijzig niets aan de asrichting van het instrument. Schakel het instrument in.
4 Zoek en markeer de plaats van de roterende laserstraal opnieuw op beide muren met behulp van de hoogtesensor.
Muur B
5 Meet de afstand tussen de eerste en tweede markering op elke muur. Er is geen sprake van een fout als het verschil tussen elk stel markeringen minder dan 4 mm (5/32 inches) is.
* Neem contact op met uw lokale dealer als het verschil groter is dan 4 mm (5/32 inches).
Oplossing
Corrigeer de schuinstand van het instrument tot het minder
dan 5 graden is.
Vervang alle vier de droge alkali celbatterijen door nieuwe of
laad de batterijen op.
waterpas en schakel het instrument weer in. Controleer de
hoogte van de laserstraal, deze kan namelijk zijn veranderd.
Herhaal de kalibratieprocedure. Als deze melding weer
krijgt, neemt u contact op met uw lokale dealer.
Druk op de hellingsknop van de tegengestelde zijde, en lijn
de helling uit.
Schakel het instrument uit en weer in op een stabiele plaats.
Als deze melding weer krijgt, neemt u contact op met uw
lokale dealer.
(producent)
http://www.topcon.co.jp
2017 TOPCON CORPORATION
ALLE RECHTEN VOORBEHOUDEN
LS-80L-Indicator
Hoogtealarmering van roterende laser*1
Een lichtflits en zoemer geven aan
dat de hoogtealarmfunctie van
de roterende laser in werking is.
Batterijwaarschuwing roterende laser*2
Een lichtflits geeft aan dat de batterij
van de laser bijna leeg is.
NB: De waarschuwing toont *1 en *2. Het zijn de functies waarmee de hoogtesensor
alarmsignalen detecteert van de roterende laser.
De alarmdetectie van de roterende laser kan op de hoogtesensor worden geannuleerd.
Om de detectie te annuleren, drukt u tegelijkertijd op de aan/-uitknop en de
zoemerknop tijdens het inschakelen.
Status hoogtewaarschuwing
[Resetten]
1 Schakel het instrument uit.
HELLING
2 Controleer of het instrument goed is
3 Schakel het instrument weer in. De zelfstelling
UIT
AAN
4 Controleer of de laserstraal op de juiste hoogte
De drie lampjes knipperen tegelijkertijd
en de draaiknop draait langzaam.
Sleutel
bediening
Aan/uit-knop
Tijdens zelfstelling: Lampje B knippert.
Nadat de zelfstelling is voltooid.: Lampje B gaat branden.
Nadat de zelfstel-
ling is voltooid.
Lampje E knippert snel.
Hellingsknop
Hellingsknop
Lampje E gaat branden.
Hellingsknop
Als niet op de hellingsknop wordt gedrukt: Lampje E gaat branden.
Hellingsknop
Korter op de knop
drukken
Langer op de
knop drukken
Aan/uit-knop
Alle lampjes zijn GEDOOFD.
[De X-as kalibreren]
Muur
1 Richt de X1-zijde van het instrument naar de muur, en druk tegelijkertijd op de aan/uit-knop en de OFF-knop van de hoogtewaarschuwing.
Het OFF-lampje voor de hoogtewaarschuwing gaat branden, en het ON-lampje van de handmatige modus knippert. (De X-as is
X1
geselecteerd.)
2 Druk op de OFF-knop voor de hoogtewaarschuwing om de X-as te kalibreren. Het ON-lampje voor de handmatige modus gaat branden.
Nadat de zelfstelling gereed is, wordt de laserstraal verzonden.
3 Markeer met behulp van de hoogtesensor de nulpunthoogte van de laserstraal op een muur.
4 Draai het instrument 180 graden om de X2-zijde naar een muur te keren.
5 Markeer op dezelfde manier als in stap 3 de nulpunthoogte van de laserstraal op een muur.
6 Druk op de hellingsknop om zo bij te stellen dat de laserstraalhoogte zich in het midden bevindt van de posities uit stap 3 en stap 5.
7 Druk op de OFF-knop van de hoogtewaarschuwing om de nieuwe kalibratie van de laserstraal in het geheugen op te slaan. De OFF-knop
voor de hoogtewaarschuwing knippert. Het instrument wordt automatisch uitgeschakeld als de kalibratie in het geheugen is opgeslagen.
X1
De bijstelling van de X-as is nu voltooid.
[De Y-as kalibreren]
1 Richt de Y1-zijde van het instrument (de zijde met het bedieningspaneel) naar de muur, en druk tegelijkertijd op de aan/uit-knop en de
X2
OFF-knop van de hoogtewaarschuwing. Het OFF-lampje voor de hoogtewaarschuwing gaat branden, en het ON-lampje van de
handmatige modus knippert. (De X-as is geselecteerd.)
2 Druk opnieuw op de rechterhellingsknop. Het zelfstellingslampje knippert. (De Y-as is geselecteerd.)
3 Druk op de OFF-knop voor de hoogtewaarschuwing om de Y-as te kalibreren. Het zelfstellingslampje gaat branden.
4 Markeer met behulp van de hoogtesensor de nulpunthoogte van de laserstraal op een muur.
5 Draai het instrument 180 graden om de Y2-zijde naar een muur te keren.
Y2
6 Markeer op dezelfde manier als in stap 4 de nulpunthoogte van de laserstraal op een muur.
7 Druk op de hellingsknop om zo bij te stellen dat de laserstraalhoogte zich in het midden bevindt van de posities uit stap 4 en stap 6.
8 Druk op de OFF-knop van de hoogtewaarschuwing om de nieuwe kalibratie van de laserstraal in het geheugen op te slaan. De OFF-knop
X1
voor de hoogtewaarschuwing knippert. Het instrument wordt automatisch uitgeschakeld als de kalibratie in het geheugen is opgeslagen.
De bijstelling van de Y-as is nu voltooid.
De hoogte overschrijdt het bijstellingsbereik als het OFF-lampje van de hoogtewaarschuwing snel knippert en het instrument niet automatisch
wordt uitgeschakeld als op de OFF-knop van de hoogtewaarschuwing wordt gedrukt om de hoogte in het geheugen op te slaan.
Y1
Neem contact op met uw lokale dealer.
Druk op de aan/uit-knop om het kalibreren van het instrument te stoppen.
SPECIFICATIES
RL-H5A
Laserbron:
Laserdiode (zichtbaar, 635 nm)
NEN-klasse 2
Laseroutput:
0,9 mW
Zelfstellend bereik:
±5°
Nauwkeurigheid:
±10"
Bereik handmatige hellingsinstelling:
±5° (als het instrument op een oppervlak van
0°is gemonteerd)
Het hellingsbereik neemt toe of af naarmate het oppervlak
waarop het instrument in gemonteerd schuiner of minder
schuin staat.
Rotatiesnelheden:
600 toeren
Werkbereik:
Diameter circa. 2 tot 800 m (bij gebruik van de LS-80L)
Voedingsbron/bedieningstijd bij 20 °C (68 °F):
4 alkali-droge-D-celbatterijen / 100 uur
BT-79Q - Ni-MH-batterijen (7000 mAh) /60 uur
Oplaadduur:
circa 13 uur (met behulp van AD-17C/E)
Temperatuurbereik voor opladen:
10 tot 40°C (50 tot 104°F)
Stof- en waterbestendig
IP66 (IEC60529: 2001)
Werkingstemperatuur:
-20 tot 50°C (-4 tot 122°F)
Temperatuurbereik opbergruimte:
-30 tot 60°C (-22 tot 140°F)
Waarschuwingen op andere apparaten:
RL-H5A-hoogtewaarschuwing(de waarschuwing wordt
weergegeven op de LS-80L.)
RL-H5A-batterijwaarschuwing(de waarschuwing wordt
weergegeven op de LS-80L.)
Grootte:
172 (b) X 211 (d) X 205 (h) mm)
Hoogte laserstraal:
171,8 mm (hoogte vanaf de onderzijde van het instrument
tot het middelpunt van de laserstraal)
Gewicht
Type droge batterij:
2,3 kg (5,1 lbs) (met droge celbatterijen)
Type oplaadbare batterij:
2,5 kg (5,5 lbs) (met BT-79Q)
Driepootschroef:
5"/8X11 schroefdraad voor landmeetinstrument
Hoge precisie-modus
Normale precisie-modus
Hoger dan nulpuntpositie
(Zoemer: opeenvolging van hoge pieptonen)
Breng de sensor omlaag.
Datumpositie
(Zoemer: continue pieptoon)
Lager dan nulpuntpositie
(Zoemer: opeenvolging van lage pieptonen)
Breng de sensor omhoog.
Display resterend vermogen batterij
A: Batterij-
gemonteerd.
begint weer. Nadat de zelfstelling gereed is,
B: Aan/uit-lampje
wordt de laserstraal verzonden.
is ingesteld. Herstart daarna de
C: Handmatige modus
werkzaamheden.
D: Hoogtewaarschuwing
Hoogtewaarschuwing
OFF-knop
Lampjesdispay
De helling vóór uitschakeling instellen
(zie illustratie rechts)
1 Om de helling in te stellen voordat wordt uitgeschakeld,
drukt u tegelijkertijd op de aan/uit-knop en de rechter- of
linkerhellingsknop. De helling blijft bewaard en u kunt
de helling op dezelfde manier als in stap 4 bijstellen.
(Wanneer de aan/uit-knop op ON staat en de
hellingsknop wordt niet ingedrukt, keert de
laserstraal terug naar zijn positie.)
• Als de handmatige modus Manual op ON is gezet na de
helling te hebben ingesteld, blijft de laserstraal in de
ingestelde hellingspositie.
Lampje E
Straalbeweging
De hellingsknop werkt in dat geval niet.
Knippert
Beweegt
Zie voor meer informatie over het in- en uitschakelen van
langzaam
langzaam
de handmatige modus NOMENCLATUUR EN FUNCTIES.
Knippert snel
Beweegt snel
• Controleer de helling van de laserstraal vaak om ervoor te
zorgen dat de helling nauwkeurig is. Controleer periodiek
de kalibratie van het instrument.
BT-79Q (oplaadbare Ni-MH-batterij)
Nominale spanning:
Capaciteit:
Grootte:
Gewicht:
AD-17C/E
Ingangsspanning:
Uitgangsspanning:
Oplaadduur:
Temperatuurbereik voor opladen:
Temperatuurbereik opbergruimte:
Afmetingen (exclusief kabel)/ Gewicht
LS-80L
Breedte straaldetector:
Nulpuntprecisie:
Indicator straaldetector:
Voedingsbron:
Bedieningstijd (bij 20 °C):
Automatische uitschakeling:
Stof- en waterbestendig
Werkingstemperatuur:
Temperatuur opslagruimte:
Grootte:
Gewicht:
Detectiebereik
Display
Precision
±1 mm
Hoog
(2 mm breedte)
±2 mm
Normaal
(4 mm breedte)
De hoogtesensor
wordt vanaf de
laserstraal omhoog of
omlaag gebracht.
(1) Batterij heeft voldoende
voeding.
(2) De batterij is aan het
leegraken, maar de laser
Knippert afwisselend
kan nog wel worden gebruikt.
(3) De batterij is leeg.
Vervang de droge-
celbatterij door een nieuwe.
Plaats van de lampjes
E: Hellings
Hellingsknop
lampje
lampje
HELLING
Zelfstellingslampje
aan- lampje
UIT
AAN
OFF- lampje
Klasse 2
Handmatige modus
Aan/uit-knop
aan-knop
4,8V
7.000 mAh
104 (b) X 127 (d) X 37 (h) mm)
690 g
100 tot 240 V AC, 50 tot 60 Hz, 0.6 A
DC 9 V/2.0 MAX 18 W
Circa 13 uur
10 tot 40°C (50 tot 104°F)
-20 tot 70 °C (-4 tot 158 °F)
AD-17C:
45 (b) X 83 (d) X 70 (h) mm) /137 g
AD-17E:
45 (b) X 83 (d) X 62 (h) mm) /140 g
50 mm (2,0 inch)
Hoog: ±1 mm (±0,04 inches)
Normaal: ±2 mm (±0,08 inches)
Aan beide zijden een LCD-scherm
en zoemer
2 AA-droge-celbatterijen
circa 120 uur (met alkali-mangaan-
celbatterijen)
na 30 minuten (zonder straaldetectie)
IP66 (IEC60529: 2001)
-20 tot 50°C (-4 tot 122°F)
-30 tot 60°C (-22 tot 140°F)
146 (b) x76 (d) x26 (h) mm
0,19 kg (0,41 lbs) (met droge
celbatterijen)