Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Onderplaat En Tuimelaar - Graco Premier 222800 Bedieningsinstructies

Inhoudsopgave

Advertenties

Onderplaat en tuimelaar

OPMERKING: Er is een luchtventielreparatieset (222959)
verkrijgbaar. Onderdelen die in de set zitten
zijn aangeduid met een symbool ({). Gebruik
voor de beste resultaten alle onderdelen uit
de set.
Demontage
WAARSCHUWING
Om het risico van ernstig letsel te verminderen moet u
elke keer als u de instructie krijgt om de druk te ontlasten
de Drukontlastingsprocedure op blz. 9 volgen.
1.
Zet de pomp in het midden van de slag stil. Ontlast
de druk vóór u enig onderhoud gaat plegen.
2.
Volg de stappen die staan beschreven onder Lucht-
motor afschermkap, demontage op blz. 10.
3.
Verwijder met een inbussleutel de zes inbusschroeven
(28) waarmee het luchtventiel (25) vastzit op de onder-
plaat (23). Zie Afb. 3 op blz. 11. Verwijder het luchtventiel.
OPMERKING: Zie blz. 10–15 voor vervanging van
of onderhoud aan het luchtventiel.
4.
Verwijder de pakking (26) en de twee dichtingen (27).
Kijk deze onderdelen na op slijtage of beschadiging.
5.
Verwijder de twee schroeven (13) en sluitringen (51)
waarmee de onderkap (61) vastzit op de kap (62) van
de tuimelarm. Zie Afb. 9.
6.
Verwijder het stootkussen/deksel (63, zie Afb. 3 op
blz. 11) van de bovenste tuimelaar. Houd de bout vast
(30) met een sleutel terwijl u de moer losschroeft (33).
Trek de bout (30) eruit en haal de complete tuimelaar
uit elkaar. Druk de bus (31) uit de tuimelarm (29). Kijk
de tuimelarm, de bus en de lagers (32) na op slijtage.
7.
Haal de onderste tuimelaar uit elkaar zoals staat
beschreven in stap 6.
8.
Verwijder de kolomschroef (43) en de pakking (47)
met behulp van een 17 mm pijpsleutel en houd daarbij
het uitlaatspruitstuk (45) op de onderplaat (23). Verwijder
de twee bekledingen (44) uit de holtes in het spruitstuk.
Controleer of er geen vuil of verstoppingen in de verticale
gleuf (V) zitten; reinigen met een borstel of met perslucht.
Zie Afb. 9.
9.
Schroef de acht inbusschroeven (41) met behulp van
een inbussleutel los en houd daarbij de onderplaat (23)
op de cilinder (1). Verwijder de onderplaat en de pakking
(24). Kijk deze onderdelen na op slijtage of beschadiging.
16 308213
Onderhoud
10. Verwijder de twee schroeven (42), de bovenste stang-
fitting (20) en de duwstang (19) van de motorkap (2).
Trek met een o-ringlichter de dichting (21) eruit. Kijk
deze onderdelen na op slijtage. Herhaal dit voor de
onderste duwstang.
Weer in elkaar zetten
1.
Smeer de dichting (21{) en breng hem aan in de motor-
kap (2) met de lipjes naar de kap toe gericht. Breng de
stangfitting (20{) aan. Breng vet aan op het uiteinde van
de duwstang (19) en breng hem aan in de fitting. Breng
draaddichtmiddel aan en draai de schroeven (42) aan tot
2–3 N.m. Herhaal dit voor de complete onderste duwstang.
Zie Afb. 9.
2.
Plaats de pakking (24) op de achterkant van de onder-
plaat (23) en lijn daarbij de gaten in beide onderdelen uit.
Installeer met de luchtinlaatpoort (P) omhoog gericht de
onderplaat op de cilinder (1) met de acht inbusschroeven
(41). Aandraaien tot 10–12 N.m.
3.
Installeer de twee bekledingsplaten (44) in de holtes van
het uitlaatspruitstuk (45). Bevestig het spruitstuk met de
pakking (47) en de kolomschroef (43) aan de onderplaat
met behulp van een 17 mm pijpsleutel. Aandraaien tot
24–27 N.m.
4.
Smeer de bus (31) en de twee lagers (32) en installeer
ze in de tuimelaar (29). Plaats de tuimelaar tussen de
bovenste flenzen van de onderplaat (23).
5.
Let op: de tuimelaarkap (62) heeft twee lipjes die niet
precies in het midden zitten. Breng de kap zo aan, dat
het uiteinde met de twee lipjes naar de buitenkant van
de onderplaat is gericht (zie Afb. 9). Steek de bout (30)
door de kap en de tuimelaar, en breng vervolgens de
moer (33) aan. Aandraaien tot 22–23 N.m. Zet het stoot-
kussen/deksel van de tuimelaar weer terug (63, zie Afb. 3
op blz. 11).
6.
Zet de onderste tuimelaar in elkaar zoals wordt uitgelegd
in stappen 4 en 5. Breng de onderkap (61) aan met de
twee schroeven (13) en de sluitringen (51).
7.
Breng de twee dichtingen (27{) en de pakking (26{)
aan. Zie de detailtekening in Afb. 3 op blz. 11.
8.
Installeer het luchtventiel (25) met behulp van een 6 mm
inbussleutel en zes inbusschroeven (28). Aandraaien tot
22–23 N.m.
9.
Volg de stappen onder Luchtmotor afschermkap, weer
in elkaar zetten op blz. 10.

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave