Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Garmin FORETREX 801 BALLISTIC EDITION Gebruikershandleiding pagina 19

Inhoudsopgave

Advertenties

VELOCITY: De geschatte snelheid van de kogel op het moment van inslag op het doel.
Omgevingsvelden
AMB/STN PRESSURE: De omgevingsdruk (lokale druk). De omgevingsdruk wordt niet gecorrigeerd voor de
druk op zeeniveau (barometrische druk). Voor de ballistische schietoplossing is de omgevingsdruk nodig.
Invoerveld.
TIP: U kunt deze waarde handmatig invoeren of u kunt de optie USE CURRENT PRESSURE selecteren om de
drukwaarde van de interne sensor in het toestel te gebruiken.
HUMIDITY: Het percentage vocht in de lucht. Invoerveld.
LATITUDE: De horizontale locatie op het oppervlak van de aarde. Negatieve waarden bevinden zich onder
de evenaar. Positieve waarden bevinden zich boven de evenaar. Met deze waarde worden de verticale en
horizontale coriolisafwijking berekend. Invoerveld.
TIP: U kunt de optie USE CURRENT POSITION selecteren om de GPS-coördinaten van uw toestel te
gebruiken.
OPMERKING: LATITUDE wordt alleen gebruikt voor het berekenen van het corioliseffect. Als u schiet op een
doel op een afstand van minder dan 914 meter (1.000 yard), is dit invoerveld optioneel.
TEMPERATURE: De temperatuur op uw huidige locatie. Invoerveld.
TIP: U kunt de temperatuurmetingen vanaf een aangesloten tempe sensor of andere temperatuurmeter
handmatig invoeren. Dit veld wordt niet automatisch bijgewerkt wanneer het toestel is aangesloten op een
tempe sensor.
WIND DIRECTION: De richting waar de wind vandaan komt. Een wind uit DIR 9:00 waait bijvoorbeeld vanaf uw
linkerzijde naar uw rechterzijde. Invoerveld.
WIND SPEED 1: De windsnelheid die wordt gebruikt in de schietoplossing. Invoerveld.
WIND SPEED 2: Een optionele, extra windsnelheid die wordt gebruikt in de schietoplossing. Invoerveld.
TIP: U kunt twee windsnelheden gebruiken voor het berekenen van de horizontale afwijking die een hoge
en lage waarde bevat. De werkelijke horizontale afwijking die u moet toepassen voor het schot, moet in dit
bereik vallen.
Doelvelden
DIRECTION OF FIRE: De schietrichting, met het noorden op 0 graden en het oosten op 90 graden. Invoerveld.
OPMERKING: DIRECTION OF FIRE wordt alleen gebruikt voor het berekenen van het corioliseffect. Als u
schiet op een doel op een afstand van minder dan 914 meter (1.000 yard), is dit invoerveld optioneel.
INCLINATION: De hellingshoek van het schot. Een negatieve waarde is een omlaag gericht schot. Een positieve
waarde is een omhoog gericht schot. De schietoplossing vermenigvuldigt het verticale deel van de oplossing
met de cosinus van de hellingshoek om de aangepaste oplossing voor een omhoog of omlaag gericht schot
te berekenen. Invoerveld.
RANGE: De afstand tot het doel, weergegeven in yards of meter. Invoerveld.
SPEED: De snelheid van een bewegend doel, uitgedrukt in mijl per uur (mph) of kilometer per uur (km/h). Bij
een negatieve waarde beweegt het doel naar links. Bij een positieve waarde beweegt het doel naar rechts.
Invoerveld.
Profielvelden, kogeleigenschappen
BALLISTIC COEFFICIENT: De ballistische coëfficiënt van uw kogel, opgegeven door de fabrikant. Invoerveld.
TIP: Wanneer u een van de aangepaste Applied Ballistics glijgetallen gebruikt, heeft de ballistische
coëfficiënt een waarde van 1,000.
BULLET DIAMETER: De diameter van de kogel, gemeten in inch. Invoerveld.
OPMERKING: De diameter van de kogel kan afwijken van de naam van de kogel. Een 300 Win Mag heeft
bijvoorbeeld een werkelijke diameter van 0,308 inch.
BULLET LENGTH: De lengte van de kogel, gemeten in inch. Invoerveld.
BULLET WEIGHT: Het gewicht van de kogel, gemeten in grein. Invoerveld.
DRAG CURVE: De aangepaste Applied Ballistics weerstandscurve of de standaardprojectielmodellen G1 of G7.
Invoerveld.
OPMERKING: Bij de meeste langeafstandswapens ligt het glijgetal dichter bij G7.
Hoofdpagina's
15

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Foretrex 901 ballistic edition

Inhoudsopgave