■ j
■
j LAAG LICHT
LAAG LICHT
De camera maakt telkens wan-
neer de ontspanknop wordt in-
gedrukt vier opnamen en voegt
deze samen tot een enkele foto.
Gebruik deze stand om beeld-
ruis en bewegingsonscherpte te reduceren bij het
fotograferen van onderwerpen die slecht worden
belicht of van statische onderwerpen met hoge
zoomverhoudingen.
1
Het kan bij sommige onderwerpen voorkomen dat het
niet mogelijk blijkt om de vier opnamen tot een enkele
foto samen te voegen, vooral als het onderwerp of de ca-
mera tijdens het fotograferen beweegt. Houd de camera
stil totdat de opname volledig klaar is.
PRO FOCUS/LAAG LICHT
Als u de onbewerkte foto´s van de in deze standen gemaak-
te foto´s wilt bewaren, stel dan de optie t OPSLAAN SET-
UP > ORIG. FOTO OPSLAAN in het instellingenmenu op
AAN (P 113).
3
Houd de camera tijdens het fotograferen stil.
■ ■ n
n M MULTI-BELICHTING
ULTI-BELICHTING
Een foto maken op basis van twee belichtingen.
+
1
Maak de eerste foto.
2
Druk op MENU/OK. De eerste foto wordt over het
beeld door de lens gelegd om u te helpen bij het
maken van de tweede foto.
a
Om terug te keren naar stap 1 om de eerste foto
opnieuw te maken, drukt u op de keuzeknop links.
Om de eerste foto op te slaan zonder meervoudige
belichting, drukt u op DISP/BACK.
3
Maak de tweede foto.
4
Druk op MENU/OK om de meervoudige belichting
te maken, of druk op de keuzeknop links om te-
rug te keren naar stap 3 en de tweede foto op-
nieuw te maken.
Opnamestanden
37