Deel 2: configuratie
● Regelscheiding: Wijs een reeks aan die het einde van een
regel aangeeft. U kunt beheerreeksen invoeren door
selecteren en vervolgens ^ in te voeren, gevolgd door een
letter. Voorbeeld: Return is ^M en Regeltoevoer (nieuwe regel)
is ^J.
● Reeks negeren: Geef een reeks op die in transactieopnamen
moet worden genegeerd.
● Hoofdlettergevoelig: Negeert hoofdletters in reeksen
die onder Start transactie, Einde transactie,
Regelscheiding en Reeks negeren zijn aangewezen.
Gevoelig voor hoofdletters is niet van toepassing op
beheerreeksen.
● Time-out: Zodra Time-out is ingeschakeld, ziet het systeem
een transactie-einde als er geen nieuwe reeks wordt ingevoerd
tijdens de opgegeven tijdsduur. Selecteer een duur tussen 5
seconden en 15 minuten.
● Titel: Geef een naam op voor het tekstinvoerapparaat.
● Acties: Geef op welke acties moeten worden ondernomen als
Tekst-in wordt gedetecteerd.
– Opname: Geef op welke camera's een gekoppelde
opname moeten starten als zich een gebeurtenis voordoet.
Als de planning is ingesteld op de modus Gebeurtenis
of Tijd & gebeurtenis, starten de geselecteerde camera's
een gekoppelde opname wanneer zich een gebeurtenis
voordoet.
– Alarmuitgang: Geef de door gebeurtenis geactiveerde
alarmuitgangkanalen (voor de NVR en camera) en
-pieptonen op.
– Berichten: Stel in dat u een melding van gebeurtenissen
ontvangt via e-mail, LAN1 tot 5, Push, FTP en/of
Samenvatting.
– PTZ: Verplaatst de PTZ-camera naar een specifieke
voorkeurspositie wanneer zich een gebeurtenis voordoet.
– Gebeurtenisbewaking: Selecteert de camera's die moeten
volgen als zich een gebeurtenis voordoet.
Om de functie Extern terugbellen te gebruiken, moet de NVR
zijn geregistreerd bij het externe programma.
72
Apparaat instellen
te
Raadpleeg Menugebruik op pagina 32 voor
basisinformatie over het gebruik van de instelmenu's.
Alarmuitgang
Een lijst met gebeurtenissen voor het instellen van de
alarmuitgang.
Alarmuitgang instellen
● Bron: Geef het apparaat op om te gebruiken voor de
gebeurtenis alarmingang.
– Kanaal: Stel het kanaal in van de bron die u instelt.
– Subkanaal: Stel het subkanaal in van de bron die u instelt.
● Titel: Geef een naam op voor de alarmuitgang.
● Relais omdraaien: Keer het soort van de alarmuitgang op
van het apparaat dat u instelt aan de bron.