Figuur 19
• Als de maaimachine niet start na een of 2 keer
trekken (of binnen 5 seconden als u het elektrisch
startsysteem gebruikt), moet u de knop van de
hulpstarter 1 of 2 keer indrukken en de machine
nogmaals proberen te starten.
Opmerking: Als de motor dan nog niet wil starten,
moet u contact opnemen met een erkende Service
Dealer.
De zelfaandrijving gebruiken
Om de zelfaandrijving te activeren, loopt u eenvoudig
vooruit met uw handen op het bovenste deel van
de handgreep en uw ellebogen naast uw lichaam;
de maaimachine richt zich automatisch naar uw
loopsnelheid (Figuur 20).
Opmerking: U kunt de machine laten rijden met het
maaimes ingeschakeld of uitgeschakeld.
Figuur 20
Motor stoppen (uitsluitend
model 20793)
Onderhoudsinterval: Bij elk gebruik of dagelijks
Zet de contactschakelaar op Stop (Figuur 21).
1. Contactschakelaar
Verwijder het contactsleuteltje als u de maaimachine
achterlaat.
Belangrijk: Als u de bedieningsstang loslaat,
moeten de motor en het mes binnen 3 seconden
stoppen. Als dit niet gebeurt, mag u de machine
niet verder gebruiken en moet u contact opnemen
met een erkende Service Dealer.
Motor stoppen (uitsluitend
model 20795)
1. Draai het contactsleuteltje op Uit (Figuur 22).
2. Verwijder het contactsleuteltje als u de maaimachine
achterlaat.
Belangrijk: Als u de bedieningsstang loslaat,
moeten de motor en het mes binnen 3 seconden
stoppen. Als dit niet gebeurt, mag u de machine
niet verder gebruiken en moet u contact opnemen
met een erkende Service Dealer.
11
Figuur 21
Figuur 22