Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Verberg thumbnails Zie ook voor 40-03007:
Inhoudsopgave

Advertenties

5.5. Boosters

 Instellingen voor de geïntegreerde en externe boosters
Met de instelling van de nominale grootte worden standaardwaarden voor baanspanning,
maximale stroom, kortsluitgevoeligheid en inschakelduur vooraf ingesteld, waarmee een
veilige werking op uw modelbaan is gegarandeerd.
In de help, die wordt geopend nadat u op het symbool
wat er achter de verschillende termen schuilgaat. In principe moet u de standaardwaarden
instellen als u niet zeker weet wat afwijkende instellingen zullen veroorzaken.
Instelmogelijkheden voor de geïntegreerde booster
volgspanning aan de uitgang
maximale stroom (uitschakelstroom)
Kortsluitingsgevoeligheid
Inschakelduur
Signaal routing
De instellingen voor de geïntegreerde booster gelden ook voor boosters die op de BiDiB-
interface zijn aangesloten.
Opmerking:
!
Een te hoge baanspanning en/of een te hoge uitschakelstroom kan schade aan rollend materieel
of rails veroorzaken. U zit aan de "veilige kant" als u de nominale grootte van uw layout instelt in
het menu-item "Systeem / Boosters" en zo de gebruikelijke waarden vooraf instelt.
Instelmogelijkheden voor de externe boosters
Kortsluitingsgevoeligheid
Signaal routing
De instellingen worden afzonderlijk uitgevoerd voor DCC-compatibele en Märklin-compatibele
boosters.
Info: Signaal routing
Standaard worden de commando's voor de besturing van de voertuigdecoders continu via de
boosteruitgangen
van
toebehoordecoders alleen wanneer dat nodig is. Daartoe wordt de transmissie van de
commando's van de voertuigdecoders kort onderbroken, de commando's van de
toebehoordecoders worden in de ontstane onderbreking doorgegeven.
Bij PC-gestuurde (grotere) modelbanen kan dit soort gegevensoverdracht tot problemen leiden, b.v.
wanneer voertuigdecoders te laat stopcommando's ontvangen en de locomotieven daardoor seinen
overschrijden. Om dit te voorkomen wordt in (grotere) PC-gestuurde modelbanen de uitvoer van de
commando's voor voertuig- en toebehoordecoders gescheiden ("gescheiden rijden en schakelen").
Met uw mc² kunt u de uitgang van de extra decodercommando's afzonderlijk uitschakelen
voor de interne booster, de DCC-conforme en de Märklin-compatibele boosteruitgang. De
instelling voor de interne booster geldt ook voor boosters op de BiDiB-interface. Aan de
boosteruitgang, waar de uitgang van de toebehoordecoder commando's is uitgeschakeld,
worden alleen voertuigdecoder commando's doorgegeven. Gebruik voor de uitgang van de
extra decodercommando's dan een andere boosteruitgang.
5.6 | Configuratie van het systeem (Submenu "Systeem")
een
digitale
centrale
hebt geklikt, vindt u uitleg over
verzonden,
de
commando's
voor
de

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

40-03017

Inhoudsopgave