Ga voor het bereiden van kip of ander gevogelte als volgt te werk:
1. Prik de ene punt van de vleesvork ter hoogte van de vleugels door de borst. Steek de
andere punt door de drumsticks. Vergeet niet de vleugels mee te prikken.
2. Laat tussen de producten enige ruimte vrij voor een gelijkmatige blootstelling en bruining.
3. Plaats de vleesvorken zo op de rotorschijven, dat tijdens het grilleren de kippenborsten
naar de bediener zijn gericht.
4. Steek de punten van de vleesvorken door de hiervoor bedoelde gaten in de rotorschijven.
5. Steek de andere uiteinden van de vleesvorken door de corresponderende gaten in de
tegenoverliggende rotorschijf.
4.2.2
Het apparaat met V spiesen beladen (accessoire)
Ga bij het gebruik van V-spiesen als volgt te werk:
1. Plaats de spies in de kleine buitenste gaten in de rotorplaat aan uw linkerzijde (als je voor
de oven staat). De achterkant van de V-vorm spit dient naar u toe te wijzen.
2. Plaats het andere uiteinde van de spit in de kleine corresponderende gaten in de rotorplaat
aan uw rechterzijde.
3. Zorg dat de spit waterpas zit. Indien dit niet het geval is vergewis dat de spit in de juiste
gaten zit.
4.2.3
Het apparaat met vleesmandjes beladen (accessoire)
Ga bij het gebruik van vleesmandjes als volgt te werk:
•
Plaats de uiteinden van de vleesmandjes in de overeenkomstige gaten van de rotor
schijven.
Zorg tijdens het beladen van het apparaat met vleesmandjes dat u de rotor gelijkmatig belaadt,
zodat het gewicht van de producten gelijkmatig over de rotor wordt verspreid, waardoor een
evenwichtige balans ontstaat.
4.2.4
De Grill beladen met kippenrekken (accessoire)
Bij het gebruik van kippenrekken, kunt u het principe te gebruiken zoals beschreven in paragraaf
4.2.3.
NL
13 / 24
TG