Handmatige bediening
Kookplaatverlichting in- en uit-
schakelen / dimmen
U kunt de kookplaatverlichting onafhan-
kelijk van de afzuiging in- en uitschake-
len en de lichtsterkte verminderen.
Tip de verlichtingstoets even aan
om de verlichting in- en uit te schake-
len.
Wanneer u de verlichting inschakelt,
brandt deze op maximale sterkte.
Laat uw vinger op de verlichtings-
toets rusten terwijl het licht inge-
schakeld is. Het licht wordt steeds
minder sterk, totdat u de toets los-
laat.
Wilt u de verlichting weer sterker heb-
ben, laat dan opnieuw uw vinger op
de verlichtingstoets rusten. Het
licht wordt sterker, totdat u de toets
loslaat.
Powermanagement
De afzuigkap beschikt over een power-
management. Het powermanagement
zorgt voor de energiebesparing. Het
zorgt ervoor dat de afzuiging automa-
tisch teruggeschakeld en de kookplaat-
verlichting uitgeschakeld wordt.
- Als de boosterstand is ingesteld,
wordt de afzuiging na 5 minuten au-
tomatisch naar stand 3 teruggescha-
keld.
- Als stand 3, 2 of 1 is ingesteld, wordt
het afzuigvermogen na 2 uur automa-
tisch één stand lager gezet en daarna
per 30 minuten uitgeschakeld.
26
- Als de kookplaatverlichting is inge-
schakeld, wordt deze na 12 uur auto-
matisch uitgeschakeld.
U kunt het powermanagement uitscha-
kelen.
Let erop dat deactiveren kan leiden tot
een verhoogd energieverbruik.
Powermanagement deactiveren/acti-
veren
Schakel de afzuiging en de verlichting
uit.
Tip toets ca. 10 seconden aan
totdat stand 1 van de afzuiging gaat
branden.
Raak daarna achter elkaar aan:
- de verlichtingstoets ,
- toets 1 en weer
- de verlichtingstoets .
Als het powermanagement is ingescha-
keld, branden de standen 1 en B conti-
nu.
Als het powermanagement uitgescha-
keld is, knipperen de standen 1 en B.
Raak de toets 1 aan om het power-
management te deactiveren.
1 en B knipperen.
Activeer het powermanagement door
de toets B aan te raken.
1 en B branden continu.
Bevestig de procedure met .
Alle lampen gaan uit.
Als u de procedure niet binnen 4 minu-
ten bevestigt, blijft automatisch de oude
instelling behouden.