7 - WAARSCHUWINGSINRICHTING EN BEGRENZER VAN DE OVERLANGSE STABILITEIT
De bediener moet altijd en immer de grenswaarden van de belasting van de heftruck in acht nemen evenals
de gebruiksaanwijzingen in functie van het toebehoren.
Deze inrichting waarschuwt de bediener als de heftruck bij de grenswaarde
van de overlangse stabiliteit heeft bereikt. De overdwarse stabiliteit kan echter
de grenswaarden van de belasting in het hoge gedeelte nadelig beïnvloeden, d.w.z. dat
voornoemde waarden daar lager zullen zijn en deze verlaging wordt niet opgespoord
door deze inrichting.
Volgens de gevraagde werkzaamheden laten de verschillende gebruiksmodi
van de waarschuwingsinrichting en begrenzer van de overlangse stabiliteit de gebruiker
toe zijn heftruck op volkomen veilige wijze te gebruiken.
A - MODUS "LASTBEHANDELING"
Gebruik van de vork.
- Standaard is het systeem bij het starten van de heftruck in de MODUS "LASTBEHANDELING", behalve indien voor het
uitschakelen van de verbrandingsmotor de MODUS "HIJSLAST" geselecteerd was.
• A1 - A2 - A3: De overlangse stabiliteit heeft nog ruim
voldoende speling.
• A4 - A5: De heftruck heeft bijna de grens van de overlangse
stabiliteit bereikt. De geluidsalarminrichting treedt
eveneens in werking met lange tussenpozen. Uiterst
voorzicht te werk gaan.
• A6 : De heftruck is dichtbij de grens van de overlangse
stabiliteit. De geluidsalarminrichting treedt in werking
met lange tussenpozen. Voorzicht te werk gaan.
• A7: De heftruck benadert zeer dicht de grens van de
overlangse stabiliteit bereikt. De geluidsalarminrichting
treedt in werking met korte tussenpozen. Uiterst voorzicht te werk gaan.
• A8: De heftruck heeft de grens van de toegestane overlangse stabiliteit bereikt. De geluidsalarminrichting treedt
in werking met zeer lange tussenpozen. Alle "VERZWARENDE" hydraulische bewegingen worden onderbroken.
De onderbreking kan worden voorafgegaan door een automatische vertraging van de hydraulische beweging.
Voer geen verzwarende hydraulische bewegingen uit in de volgende volgorde: de arm intrekken en opheffen.
OPMERKING: Als de arm ingetrokken is, is de functie onderbreking van de "VERZWARENDE" hydraulische bewegingen
uitgeschakeld.
B - MODUS "BAK"
Gebruik met bak.
- Plaats de heftruck in transportpositie.
- Druk op de knop
- Terugkeer naar MODUS "LASTBEHANDELING" door te drukken op knop
• A1 - A2 - A3: De overlangse stabiliteit heeft nog ruim
voldoende speling.
• A4 - A5: De heftruck heeft bijna de grens van de overlangse
stabiliteit bereikt. Voorzichtig te werk gaan.
• A6: De heftruck is dicht bij de grens van de overlangse
stabiliteit bereikt. er klinkt een geluidssignaal. Voorzichtig
te werk gaan.
• A7: De heftruck is zeer dicht bij de grens van de overlangse
stabiliteit bereikt. Zeer voorzichtig te werk gaan.
• A8: De heftruck bevindt zich aan de grens van de toegelaten
overlangse stabiliteit. De daalbewegingen en het
uitschuiven van de arm zijn onderbroken, terwijl de andere bewegingen beschikbaar blijven. De onderbreking
kan worden voorafgegaan door een automatische vertraging van de hydraulische beweging.
OPMERKING: Als de arm ingetrokken is, is de functie onderbreking van de "VERZWARENDE" hydraulische bewegingen
uitgeschakeld.
t
t
BELANGRIJK
, de MODUS "BAK" wordt bevestigd door een geluidssignaal en het oplichten van het controlelampje.
, of via het stoppen van de verbrandingsmotor.
2 - 37
www.duma-rent.com
A8
A7
A6
D1
A5
A4
A3
A2
A1
X
STANDARD
MODE
kg
X
kg
X
STANDARD
MODE
kg
X
kg
X
X
X
X