G20/G25/G25.3
geen bochten
2 bochten
3 bochten
4 bochten
5 bochten
Situatie is niet toelaatbaar
minimale lengte
G20/G25/G25.3
Bij dakdoorvoer zonder bochten: eerst op het toestel 0.8 meter concentrische systeem verticaal aansluiten
!Let op
met een diameter van 200/130 mm. Na de eerste meter het concentrische systeem verjongen naar een diameter
van 150/100 mm inclusief dakdoorvoer van 150/100 mm.
Bij dakdoorvoer met bochten: eerst op het toestel 0.8 meter concentrische systeem verticaal aansluiten met
!Let op
een diameter van 200/130 mm. Het concentische systeem uitvoeren met een diameter van 200/130 mm en
direct na de laatste bocht het concentrische systeem verjongen in 150/100 mm inclusief dakdoorvoer van
150/100
mm.
NL
Tabel 5: Bepalen toelaatbaarheid concentrische systeem bij toepassing dakdoorvoer
Totale aantal meters
horizontale
pijplengte
Tabel 6: Voorwaarden voor afstellen van het toestel bij toepassing van een dakdoorvoer
Situatie
Luchtinlaatgeleider
A
B
C
D
E
Totale aantal meters verticale en/of schuine pijlengte
A
B
B
C
C
A
A
B
B
B
A
A
B
B
A
A
B
A
A
A
A
A
A
B
B
A
A
A
B
A
A
A
A
A
A
A
A
A
A
B
A
A
A
A
A
A
A
A
A
A
Restrictieschuif
NEE
NEE
JA
JA
JA
JA
JA
JA
JA
JA
I NS T AL L A TIE H AN DL E I DI N G
C
D
D
D
E
C
C
C
D
D
B
C
C
C
D
B
B
C
C
C
B
B
B
C
A
B
B
B
C
C
C
D
B
B
C
C
C
B
B
B
C
C
A
B
B
B
A
A
B
B
B
C
C
C
B
B
B
C
C
A
B
B
B
C
A
A
B
B
A
A
A
Afstand restrictie in mm
OPEN
60
45
40
36
E
E
D
E
D
D
D
D
D
D
C