14 Onderhoud
Het NORAC spuithoogtebesturingssysteem vereist zeer weinig onderhoud, maar er zijn een
aantal procedures die ervoor zorgen dat het systeem vele jaren correct zal blijven werken.
Voorafgaand aan elke dag:
Het is ten zeerste aan te bevelen de wrijvingpads van de veldspuit in te vetten. Voor
optimale prestaties dient dit dagelijks te worden gedaan. Hierdoor draait de spuitboom
apart van de veldspuit. Het is zeer belangrijk de wrijvingpads op de Active Roll™-
systemen ingevet te houden.
Zorg dat de afscheidingsbeugels van de hoogtesensor juist functioneren. Breng zo nodig
vet aan op de bewegende delen om er zeker van te zijn dat deze terugbewegen naar het
midden nadat afscheiding heeft plaatsgevonden.
Controleer of in elke sensor een schone, droge schuimen schijf is geplaatst. Als de schijf
is verstopt door stof of ander vuil, reinigt u de schijf zoals hieronder beschreven.
Aan het einde van het seizoen:
Vervang jaarlijks het oliefielter in het NORAC hydraulische spruitstuk (NORAC
onderdeelnr. 106285).
De ultrasone hoogtesensoren reinigen:
Verwijder de schuimen schijf van de sensor en spoel deze af met schoon water. Knijp
overtollig water uit de schijf en laat de schuimen schijf drogen. De sensor kan worden
gebruikt als het schuim nat is; u krijgt echter mogelijk geen geldige hoogtewaarde voordat
het schuim volledig droog is.
Als de transducer binnen in de sensor ook vuil is, spoelt u deze af met schoon water.
Verwijder de sensor uit de beugel en spoel het vuil van de transducer door water over de
buitenzijde van de sensor te gieten. De sensor niet onderdompelen of met een
hogedrukspuit reinigen. U kunt ook een zachte borstel gebruikte om de transducer
voorzichtig te reinigen, als water alleen niet voldoende is. Ga voorzichtig te werk zodat u
de transducer niet bekrast of scheurt, want de transducer is kwetsbaar. De sensor dient
te drogen met de transducer naar beneden. De sensor kan worden gebruikt als deze nat
is; u krijgt echter mogelijk geen geldige hoogtewaarde voordat de sensor volledig droog is.
Als het bedieningssysteem inschakeld blijft, met de sensor aangesloten en naar beneden
wijzend, wordt het droogproces van de sensor versneld.
De sensor mag nooit worden gereinigd met chemicaliën of perslucht.
45