2
1
A
CONTROLEREN EN VERVANGEN VAN DE OLIE VAN DE
SMEERPUNTEN
2
1
A
REDUCTIEMOTOR
HANDELINGEN UIT TE VOEREN ELKE 500 WERKUREN OM
HET
CONTROLEREN:
1. Controleer het oliepeil door de oliedop te verwijderen (Pos.1).
2. Vul de reductiekast, indien nodig bij, met SYNTHETISCHE OF
MINERALE OLIE SAE 80W90 en sluit de dop (Pos.1).
HANDELINGEN UIT TE VOEREN ELKE 2000 WERKUREN
OM DE OLIE VAN DE REDUCTIEKAST TE VERVANGEN
2
1) Draai de dop los (Pos.2) ;
2)
3)
4)
Vul het reduceerventiel met SYNTHETISCHE of minerale olie SAE
80W90 tot op het niveau en monteer dan de olievuldop terug (pos.2).
1
Controleer elke 100u, smeerpunten A en B pos.
1+2.
POS. 1 – Draaias van zuigmond: Smeer de
lagers (pos. A) met behulp van een vetpomp.
POS. 2 - RECHTS en LINKS remlager wielen:
Herhaal dit voor het lager van de rem van het
linker wiel.
3
4
OLIEPEIL
VAN
Plaats een geschikt bassin voor de olietoevoer. Draai dan de
aftapplug (pos. 1) los en verwijder
Verwijder alle metaalafval, dat bleef steken op de aftapplug.
Monteer de aftapplug pos.1 terug.
Draai de 2 schroeven los (pos. 3);
Verwijder de beschermkap (pos. 4);
Smeer de lagers door middel van een
vetpomp (pos. B).
Monteer alles terug.
2
B
DE
REDUCTIEMOTOR
deze;
TE
36