21
HANDREM
De machine is uitgerust met een handrem die werkt op beide achterwielen. Door het indrukken van het pedaal (pos. 1),
wordt de rem geactiveerd.
PARKEERREM
De machine is voorzien van een parkeerrem en een noodrem die alle twee werken op beide achterwielen.
De machine wordt vergrendeld door het rempedaal (pos. 1) in te drukken, de hendel (pos. 2) te draaien in de richting tegen
de wijzers van de klok tot het maximum en laat deze dan los.
Druk het pedaal (pos. 1) in en draai de hendel (pos.2) in de richting van de wijzers van de klok om de rem te deactiveren.
Met behulp van deze schakelaar kunnen de borstels uitgeschakeld worden indien er tijdens de wasfase
over-absorptie van de borstels ontstaat. Duw de schakelaar naar boven om de borstels terug te activeren.
17
KNOP VOOR HET REGELEN VAN DE BORSTEL
Deze knop activeert het ontgrendelingsproces van de borstel.
Het rode lampje begint te branden tijdens dit proces.
Deze handeling dient uitgevoerd te worden met de machine in rust en met het
schrobdek omhoog.
REMPEDAAL
1
BORSTELBEDIENINGSSCHAKELAAR
2