Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Invertek Drives Optidrive IE2 Installatie- En Bedieningshandleiding pagina 20

Inhoudsopgave

Advertenties

Par.
Omschrijving
P-30
Herstart functie bij aansturing via de klemmen

: wanneer er spanning op de regelaar wordt gezet en de digitale ingang 1 is gemaakt (start commando) zal de regelaar niet
starten. Het start commando zal eerst weg moeten worden genomen om opnieuw een start commando te kunnen geven.

: De regelaar start altijd. Ook als er spanning op de regelaar wordt gezet en de digitale ingang 1 gemaakt is.


tot
: De regelaar zal 1 tot 5 maal proberen om automatisch te herstarten na een fout (25s tussen de pogingen).
Wanneer de fout weg is zal de regelaar herstarten. Om de herstart teller te resetten moet de regelaar; spanningsloos worden
gemaakt of moet er op de resetknop van de regelaar worden gedrukt of moet de regelaar een nieuw start commando krijgen.
P-31
Onthoudfunctie snelheid bij aansturing via het bedienpaneel
Deze parameter is alleen actief in bedienpaneel mode (P-12 = 1 or 2) of Modbus Mode (P-12 = 3 of 4) . Wanneer P-31 op 0 of 2 wordt
ingesteld zal de regelaar altijd starten met de minimale snelheid. Wanneer P-31 op 1 of 3 wordt ingesteld zal de regelaar met de
vorige snelheid starten waarmee de regelaar draaide op het moment dat het startcommando werd weggenomen.
Wanneer P-31 op 2 of 3 wordt ingesteld bepaald de status van digitale ingang 1 het start/stop commando. De start/stop knoppen
worden hierdoor uitgeschakeld.
0 : Minimale snelheid (P-02), start/stop via het bedienpaneel
1 : Vorige snelheid (onthoudfunctie), start/stop via het bedienpaneel
2 : Minimale snelheid (P-02), start/stop via de klemmen
3 : Vorige snelheid (onthoudfunctie), start/stop via de klemmen
P-32
Gelijkstroomremmen bij stop
Bij een waarde > 0 wordt het gelijkstroomremmen bij stop geactiveerd. Het gelijkstroomremmen wordt actief na een stop commando
bij de snelheid = 0. De kracht van het gelijkstroomremmen is afhankelijk van de instelling van parameter P-11.
P-33
Vangfunctie (Alleen bij B2 & B3) Gelijkstroomremmen bij start (B1)
0 : niet actief.
1 : actief. Deze functie moet worden geactiveerd wanneer de motor vrij uitloopt (P-05 =1). Bij een start commando wordt de actuele
motorsnelheid gemeten en zal de regelaar vervolgens deze snelheid gaan uitsturen. Dit voorkomt overstroom fouten.
Gelijkstroomremmen bij start – alleen bij bouwgrootte 1
Bij bouwgrootte 1 is er geen vangfunctie maar daarvoor in de plaats is er wel gelijkstroomremmen bij start. Dit wordt door deze
parameter geactiveerd. De tijd van het gelijkstroomremmen wordt ingesteld in parameter P-32 en het niveau wordt ingesteld in
parameter P-11.
P-34
Interne remchopper activering (niet mogelijk bij bouwgrootte 1)
0 : Niet actief.
1 : Actief met softwarematige beveiliging. Softwarematige beveiliging voor de standaard Invertek 200W weerstanden.
2 : Actief zonder softwarematige beveiliging.
P-35
Scalering analoge ingang 1
Analoge ingang scalering, resolutie = 0.1%. Voorbeeld : P-16 staat ingesteld op een 0 - 10V signaal en de scalering staat ingesteld op
200%. Bij een 5 V ingangsspanning zal de regelaar de maximale frequentie uitsturen(P-01).
P-36
Configuratie seriële communicatie
Deze parameter heeft 3 sub-instellingen en wordt gebruikt om de Modbus RTU seriële communicatie in te stellen.
Slave adres : Op-BuS, Adr 0 t/m Adr 63. Adr : Uniek regelaar adres voor het communicatie netwerk.
Baud Rate : 9.6kbps t/m 115.2kbps. Bij OP-buS selectie is MODBUS uitgeschakeld. Communicatie met de Optistick, PDA en Optiport
E2 is nu mogelijk. Wanneer er een baudrate wordt ingesteld voor Modbus wordt automatisch de OP-buS uitgeschakeld.
Watchdog Time-out : 0, 300, 3000ms. De communicatie time-out kan worden ingesteld in milliseconden. Wanneer hier een waarde
"0" wordt ingesteld zal de time-out worden uitgeschakeld. "t" geeft aan dat de regelaar een time-out fout geeft nadat de tijd is
overschreden. "r" geeft aan dat de regelaar stopt nadat de tijd is overschreden.
P-37
Definitie toegangscode
Met behulp van deze parameter stel je de code in die via parameter P-14 toegang geeft tot de uitgebreide parameters.
P-38
Parameter beveiliging
0 : Niet beveiligd. Alle parameters kunnen worden gewijzigd en worden automatisch opgeslagen bij het uitschakeling van de regelaar.
1 : Beveiligd. Parameters zijn beveiligd en kunnen niet worden gewijzigd.
P-39
Offset analoge ingang 1
Geeft een offset aan het niveau van de analoge ingang met een resolutie van 0.1%. V.b. 10% = 1V = 0Hz
P-40
Scaleringsfactor voor het aanpassen van de snelheidsweergave
Scaleringsfactor om de weergegeven snelheid aan te passen. Bij P-10 = 0, snelheid wordt weergegeven in Hz en wordt gescaleerd
door deze factor. Bij P-10 > 0, wordt de snelheid in RPM weergegeven en gescaleerd door deze parameter.
Wanneer de scalering wordt toegepast verschijnt er "c" in het display bij de weergave van de snelheid.
P-41
Versterking (gain) van de PI-regeling
Versterking (gain) van de PI-regeling. Hoe hogere de waarde hoe heftiger de PI-regeling reageert.
Let op: een te hoge waarde kan leiden tot instabiliteit.
P-42
Integratietijd van de PI-regeling
Integratie tijd van de PI-regeling. Hogere waarde resulteert in een langzamere/ gedempte reactie.
P-43
Werking PI-regeling
0 : Normale PI-regeling. Voor pompen en ventilatoren. Bij het sneller draaien van de motor neem de druk/flow toe.
1 : geïnverteerde PI-regeling. Voor compressoren. Bij het sneller draaien van de motor neem de druk af.
P-44
Selectie gewenste waarde PI-regeling (setpoint)
Met deze parameter wordt de keuze gemaakt waar de gewenste waarde vandaan komt.
0 : Digitaal. Zie parameter P-45 voor meer informatie.
1 : Analoge ingang 1
20
Optidrive ODE-2 Nederlandstalige handleiding versie 3.11
www.invertekdrives.com
Minimaal
Maximaal
standaard
N.v.t.
N.v.t.
Auto-0
0
3
0.0
25.0
0
1
0
2
0.0
500.0
Zie onder
0
9999
0
1
-500.0
500.0
0.000
6.000
0.0
30.0
0.0
30.0
0
1
0
1
Eenheid
-
1
-
0.0
s
0
-
0
-
100.0
%
101
-
0
-
0.0
%
0.000
-
1.0
-
1.0
s
0
-
0
-

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave