8-14
1
Vul de V-vormige branderbak met vermiculiet; verdeel het vermiculiet gelijkmatig (zie Afb. 8-15). Het vlambeeld is te
beïnvloeden door het vermiculiet te verplaatsen.
3
- Het vermiculiet mag niet hoger komen dan de rand van de brander.
- Het branderdek moet wel geheel bedekt blijven met vermiculiet om te voorkomen dat de levensduur van de brander
afneemt.
1
Indien gewenst kan er gloeimateriaal geplaatst worden. Trek het gloeimateriaal in losse plukken en verdeel dit over de
groen gemarkeerde stukken op de V-vormige brander (zie Afb. 8-16).
3
- Houd de ruimtes om zowel de ionisatie als de ontsteking vrij van gloeimateriaal.
- Het gloeimateriaal kan de kleur van het vlambeeld beïnvloeden.
1
Voor een toestel zonder Eco Glow, gebruik alle chips in de houtset.
1
Vul de platen rondom de brander met chips, verdeel de chips gelijkmatig, houd de rood gemarkeerde stukken vrij van
chips (zie afb. 8-19 of 8-20).
1
Voor een toestel met Eco Glow, gebruik de Glowing Embers, kooltjes en 400ml grijze, en 800ml. zwarte chips.
2
Plaats eerst de Glowing Embers en daarna de kooltjes. Zet bij het plaatsen de gloeiverlichting aan zodat strooilicht direct
gezien en afgedekt kan worden met de stenen en kooltjes.
1
Verdeel de Glowing Embers over de vierkante gaten in de plaat rondom de brander, houd de rood gemarkeerde stukken
vrij (zie Afb. 8-15).
1
Indien gewenst verdeel het as over de chips, voorkom dat dit op de branders terecht komt.
3
De platen rond de brander zijn voorzien van vierkante gaten, deze gaten zorgen voor luchttoevoer. Leg niet meer dan
één laag chips over deze gaten.
1
Plaats stam A links van de ontsteking op de chips. (Zie afb. 8-19/8-20 en 8-21)
1
Plaats stam B over de V-vormige brander in de positienokken, de stam mag het branderpatroon niet afdekken (Zie afb.
8-19/8-20 en 8-21)
1
Plaats stam C rechts op de positiebeugel en links op stam B, zorg dat er 1 centimeter speling zit tussen stam C en de
rechter staande brander. (Zie afb. 8-19/8-20 en 8-21)
1
Plaats stam D tegen de buis van de linker staande brander en in de positienok. (Zie afb. 8-19/8-20 en 8-21)
1
Plaats stam E links op de positiebeugel en rechts op stam B. (Zie afb. 8-22/8-23 en 8-24).
1
Plaats stam F over de linker staande brander. (Zie afb. 8-22/8-23 en 8-24)
1
Plaats stam G over de rechter staande brander. (Zie afb. 8-22/8-23 en 8-24)
3
Controleer bij G31 dat de stammen F en G van de staande branders niet op de nokken liggen maar tegen de nokken aan
(zie afb. 8-24).
2
Plaats chips op de rand van het ruitframe. Voorkom dat er chips onder het ruitframe terecht komen (zie afb. 8-18).
Ins tal lati ehandleiding
35
38P-0909