GEAVANCEERDE FUNCTIES
11.- VRIJ KOELING
Deze optie maakt gebruik van de externe omstandigheden in het koelbedrijf.
Vrij koelen wordt geactiveerd wanneer de buitentemperatuur °C lager is dan de binnentemperatuur; wanneer die eerste:
- < 10ºC is, worden de compressoren gedeactiveerd en de luchtinlaatklep volledig geopend om alleen te koelen met buitenlucht (voldoen-
de onder deze omstandigheden).
- >10ºC is, opent de luchtinlaatklep en vertragen de compressoren die alleen aangezet worden wanneer er onvoldoende frisse
buitenlucht is om de comfortinstelling te halen.
De onderstaande illustratie toont hoe vrije koeling geregeld wordt.
SP
CM3
CM2
CM
23
23
Om de lucht voortdurend te verversen, kan de klep gedeeltelijk geopend worden (20%), volgens de volgende waarden.
Inst.
Dit duidt aan wanneer de klep met een minimum geopend moet worden.
0= Nooit.
= met vrije koeling
2= met vrije verwarming.
3= met vrije koeling en vrije verwarming
4= altijd, behalve met vrije koeling en vrije verwarming.
r40
5=
altijd, behalve met vrije verwarming.
6= altijd, behalve met vrije koeling.
7= altijd
8= alleen voor koelbedrijf.
8= alleen voor verwarmingsbedrijf.
r4
% minimumpercentage klepopening.
23.5
25
R02/4
23.5
24
24.5
BESCHRIJVING
Zonder vrije koeling
Met vrije koeling
Open luchtklep.
Sluit luchtklep.
Stop luchtklep.
26
7
Omgevingstemperatuur (ºC)
Omgevingstemperatuur (ºC)
Min.
Max.
0
9
0
00
Stand.
20