4.2
Warmtepomp (buitenunit)
De warmtepomp heeft slechts weinig inspectie en onderhoud nodig.
Voer de volgende inspectie- en onderhoudsstappen enkele malen per
jaar uit om te zorgen dat het maximale vermogen van de warmtepomp
behouden blijft:
• Verontreinigingen en bladafval op de verdamper en de behuizing ver-
wijderen.
GEVAAR:
door elektrische schok.
▶ Elektrische aansluitingen voor onderhoud aan de installatie span-
ningsloos schakelen (zekering, zekeringautomaat).
Schade aan de installatie door gebruik van verkeerde reinigingsmidde-
len!
▶ Gebruik geen zuur- of chloorhoudende of basische reinigingsmidde-
len of schurende reinigingsmiddelen.
4.2.1
Vuil en loof verwijderen
▶ Verwijder vuil en bladafval met een handbezem.
4.2.2
Mantel
In de loop der tijd hoopt zich stof en ander vuil op in de buitenunit van de
warmtepomp.
▶ Reinig de buitenkant indien nodig met een vochtige doek.
▶ Scheuren en schade aan de behuizing moeten met roestwerende verf
worden hersteld.
▶ Ter bescherming van de lak kan een standaard waslaag worden aan-
gebracht.
4.2.3
Verdamper
Eventueel op het verdamperoppervlak afgezette aanslag (bijvoorbeeld
stof of vuil) afwassen.
WAARSCHUWING:
De dunne aluminium lamellen zijn gevoelig en kunnen gemakkelijk be-
schadigd raken. Droog de lamellen nooit direct af met een doek.
▶ Draag bij het schoonmaken werkhandschoenen, om de handen tegen
snijwonden te beschermen.
▶ Gebruik geen hoge waterdruk.
Schade aan de installatie door gebruik van verkeerde reinigingsmidde-
len!
▶ Gebruik geen zuur- of chloorhoudende reinigingsmiddelen of schu-
rende reinigingsmiddelen.
▶ Geen sterk basische reinigingsmiddelen gebruiken, bijvoorbeeld na-
triumhydroxide
Reinigen verdamper:
▶ Reinigingsmiddel op de verdamperlamellen op de achterzijde van de
warmtepomp sproeien.
▶ Aanslag en reinigingsmiddelen met water volledig afspoelen.
EnviLine A/W Split E • 6721824304 (2020/09)
4.2.4
Sneeuw en ijs
In bepaalde geografische regio's of bij veel sneeuwval kan sneeuw zich
ophopen aan de achterzijde en op het dak van de warmtepomp. Verwij-
der de sneeuw om te voorkomen dat daardoor ijsvorming optreedt.
▶ Maak het dak vrij van sneeuw.
▶ IJs kan met warm water worden afgespoeld.
Onder de buitenunit ODU Split kan door condenswater, dat niet in de
condensbak wordt opgevangen, vocht worden gevormd. Dat is normaal
en er zijn geen speciale maatregelen nodig.
4.3
Aansluitmogelijkheid voor IP-module
De IP-module is in bepaalde producten standaard geïnstalleerd en kan in
andere als accessoire naderhand worden toegevoegd.
Voor het gebruik van de volledige functionaliteit zijn een internettoegang
en een router met een vrije RJ45-uitgang nodig. Hierdoor kunnen extra
kosten ontstaan. Voor de besturing van de installatie met een mobiele te-
lefoon is de app nodig.
Met de IP-module kan de installatie via een mobiel toestel gestuurd en
bewaakt worden. De module is bedoeld als interface tussen cv-installa-
tie en een netwerk (LAN) en maakt bovendien de smart grid-functie mo-
gelijk.
Ingebruikname
Bij de inbedrijfname de documentatie van de router aanhouden.
De router moet als volgt zijn ingesteld:
• DHCP actief
• Poorten 5222 en 5223 mogen niet voor uitgaande communicatie zijn
geblokkeerd.
• Vrije IP-adres aanwezig
• Op de module aangepaste adresfiltering (MAC-filter).
Voor de inbedrijfname van de IP-module staan de volgende mogelijkhe-
den ter beschikking:
• Internet
De IP-module krijgt automatisch een IP-adres van de router. In de basisin-
stellingen van de module zijn de naam en het adres van de doelserver op-
genomen. Zodra een internetverbinding is opgebouwd, meldt de IP-
module zich automatisch op de -server aan.
• LAN
De module heeft niet noodzakelijkerwijs een internettoegang nodig.
Deze kan ook in een lokaal netwerk worden gebruikt. In dit geval kan ech-
ter de cv-installatie niet via internet worden benaderd, en de IP-modu-
lesoftware wordt niet automatisch geactualiseerd.
• App
Bij de eerste start van de app wordt u gevraagd, de af fabriek vooringe-
stelde loginnaam en het wachtwoord in te voeren. De logingegevens zijn
op de typeplaat van de IP-module afgedrukt.
• SmartGrid
Met SmartGrid kan de binnenunit met de stroombeurs communiceren en
het gebruik zodanig aanpassen, dat het warmtepompvermogen het
hoogste is, wanneer de stroom het voordeligst is. Meer informatie over
SmartGrid vindt u op de website van het product.
Onderhoud | 4
21