Hydraulisch aansluiten
Opmerking
Het inkorten van de aansluitkabel
geluidsproductie teweegbrengen.
Uitsluitend de voorziene aansluitkabels gebruiken.
Primair circuit aansluiten
!
Opgelet
Het warmteoverdrachtsmedium kan schade
door corrosie aan leidingen en onderdelen bij de
installateur veroorzaken.
De gebruikte onderdelen en kabels moeten
bestand zijn tegen het warmteoverdrachtsme-
dium. Geen verzinkte leidingen gebruiken.
1. Primair circuit van expansievat en veiligheidsklep
voorzien (conform DIN 4757).
Opmerking
■
Het expansievat moet volgens DIN 4807 toegela-
ten zijn. De membranen van het expansievat en
de veiligheidsklep moeten geschikt zijn voor het
warmteoverdrachtsmedium.
■
Afvoer- en afblaasleidingen moeten in een vat
uitmonden dat het maximaal mogelijke expansie-
volume van het warmteoverdracht medium kan
opnemen.
2. Alle leidingdoorvoeringen door wanden isoleren
tegen warmte en geluid.
Secundair circuit aansluiten
1. Secundaire circuit door installateur van expansie-
vat en veiligheidsgroep te voorzien (volgens
DIN 4757).
Veiligheidsgroep aan de door de installateur te
voorziene leiding in de verwarmingswaterretour
monteren.
2. Secundaire leidingen op warmtepomp aansluiten.
!
Opgelet
Mechanisch belaste hydraulische verbindin-
gen veroorzaken lekkage, vibraties en
schade aan het toestel.
Leidingen bij de installateur moeten belas-
tingvrij en spanningsvrij worden aangeslo-
ten.
!
Opgelet
Een niet zorgvuldig gesloten behuizing kan
tot schade door condenswater leiden.
■
Bij de leidingdoorvoeren aan de linker zij-
plaat op de juiste positie van de doorvoer-
tules letten.
Leidingdoorvoeringen luchtdicht afsluiten.
■
(vervolg)
C
kan extra
3. Primaire leidingen op de warmtepomp aansluiten.
!
Opgelet
Mechanisch belaste hydraulische verbindin-
gen veroorzaken lekkage, vibraties en
schade aan het toestel.
Leidingen bij de installateur moeten belas-
tingvrij en spanningsvrij worden aangeslo-
ten.
!
Opgelet
Een niet zorgvuldig gesloten behuizing kan
tot schade door condenswater leiden.
Bij de leidingdoorvoeren aan de linker zij-
■
plaat op de juiste positie van de doorvoer-
tules letten.
■
Leidingdoorvoeringen luchtdicht afsluiten.
4. Primaire leidingen in het gebouw warmte- en
dampdiffusiedicht isoleren.
5. Primair circuit met warmteoverdracht medium van
Viessmann vullen en ontluchten.
3. Secundair circuit volgens VDI 2035 vullen en ont-
luchten.
4. Leidingen binnen het gebouw isoleren.
Opmerking
■
In vloerverwarmingscircuits moet door de installateur
een thermostaat als maximumtemperatuurbegren-
zing voor de vloerverwarming worden ingebouwd.
Het minimumdebiet garanderen, bijvoorbeeld met
■
overstortklep (zie "Technische gegevens" pagina
83).
Montageverloop
29