Bezig met scannen
Bezig met scannen
Scannen naar netwerk gebruiken
Met Scannen naar netwerk kunt u documenten naar door uw systeembeheerder opgegeven netwerklocaties scannen.
Nadat de bestemmingen (gedeelde netwerkmappen) zijn ingesteld op het netwerk, moet de toepassing worden
geïnstalleerd en geconfigureerd op de betreffende printer(s) met de Embedded Web Server. Zie
netwerk instellen" op pagina 26
Scannen naar een FTP-adres
Automatische documentinvoer (ADI)
Gebruik de ADI voor documenten met meerdere pagina's,
maar ook dubbelzijdig afgedrukte pagina's.
Met de scanner kunt u documenten rechtstreeks scannen naar een FTP-server (File Transfer Protocol). U kunt per keer
slechts één FTP-adres naar de server verzenden.
Als uw systeembeheerder een FTP-bestemming heeft geconfigureerd, wordt de naam van de bestemming beschikbaar
als een snelkoppelingsnummer of staat deze in de lijst met profielen onder het pictogram voor taken in de wacht. Een
FTP-bestemming kan ook een andere PostScript-printer zijn; een kleurendocument kan bijvoorbeeld worden gescand
en vervolgens naar een kleurenprinter worden gestuurd.
Snelkoppelingen maken
U kunt een permanente FTP-bestemming maken en hieraan een snelkoppelingsnummer toewijzen zodat u niet elke
keer wanneer u een document naar een FTP-server wilt verzenden, het volledige adres van de FTP-site hoeft in te
voeren op het bedieningspaneel van de printer. U kunt op twee manieren snelkoppelingsnummers maken: met de
Embedded Web Server of met het bedieningspaneel van de printer.
Een FTP-snelkoppeling maken met de Embedded Web Server
1
Open een webbrowser en typ het IP-adres van de printer in de adresbalk.
voor meer informatie.
Glasplaat
Gebruik de glasplaat voor losse pagina's of boekpagina's, kleine
items (zoals briefkaarten of foto's), transparanten, fotopapier of
dunne voorwerpen (zoals knipsels uit tijdschriften).
138
"Scannen via een