NL
HANDLEIDING
PD-C360i/8 KNX UP
(EP10427404)
BESCHRIJVING VAN DE APPLICATIE
5. LED IN DE SENSOR
Helderheid van de LED of "Uit" selecteren
Is de LED niet uitgeschakeld, dan kan de kleur ervan bij bewegingsdetectie
(twee keer knipperen) en bij blokkeren van de bewegingsdetectie via object
32 wordt vastgelegd. Voor de helderheid van de LED kan gekozen worden
uit 5 standen.
5.1 Nachtlichtfunctie
Hiermee kan de LED als nachtlamp gebruikt worden. Als drempelwaarde wordt
overschreden of niet is bereikt, wordt direct overgeschakeld naar een van de
ingestelde kleuren. De nachtverlichting kan via object 42 worden gedeactiveerd.
6. BEWEGINGSDETECTIE
Bij gedetecteerde beweging blijft deze toestand voor de ingestelde tijdsduur
behouden. Daarna wordt meerdere keren per seconden bij de sensoren
opgevraagd of een nieuwe beweging is gedetecteerd (object 33). De
gevoeligheid van de sensor kan in een parameter worden ingesteld.
Met object 32 kan de bewegingsdetectie worden geblokkeerd. Daarbij brandt
de LED in de gekozen kleur.
7. AANWEZIGHEIDSSIMULATIE
Het apparaat legt voor één week vast of en wanneer er sprake was van
beweging. Met een AAN-signaal op object 41 worden de kanalen volgens de
opgeslagen weekgegevens aan- of uitgeschakeld. Het opgeslagen tijdschema
wordt aangehouden. De normale bewegingsdetectie blijft daarbij ook actief.
8. EXTERNE MASTER/SLAVE
Met behulp van deze parameter kan bepaald worden of de externe master/
slave alleen AAN-signalen verstuurt bij bewegingsdetectie of het externe
apparaat een AAN-signaal met bewegingsdetectie en UIT-signaal zonder
bewegingsdetectie verstuurt.
www.esylux.com 6/13