Onderhoud
6.3
Ombouwen naar een ander type gas
Gebruik uitsluitend originele ombouwsets. Het ombouwen mag
alleen worden uitgevoerd door een erkende installateur. De ori-
ginele ombouwsets worden inclusief montageaanwijzingen ge-
leverd.
7
Onderhoud
Wij adviseren u om jaarlijks de geiser te laten
inspecteren door een erkende installateur.
WAARSCHUWING:
Voor aanvang van onderhoudswerkzaamhe-
den:
▶ Sluit de watertoevoer.
▶ Sluit de gaskraan.
▶ Gebruik uitsluitend originele reserveonderdelen en toebe-
horen.
▶ Bestel uw reserveonderdelen aan de hand van de onderde-
lencatalogus voor de verwarming.
▶ Vervang gedemonteerde verbindingen en O-ringen door
nieuwe.
▶ Gebruik alleen de onderstaande smeermiddelen:
– Hydraulische onderdelen: Unisilikon L 641 (8 709 918
413)
– Schroefdraadverbindingen: HFt 1 v 5 (8 709 918 010)
7.1
Periodieke onderhoudswerkzaamheden
Functiecontroles
▶ Controleer of alle veiligheidsvoorzieningen, regel- en con-
trole-elementen correct functioneren.
Warmtewisselaar
▶ Inspecteer de warmtewisselaar.
▶ Bij vervuiling:
– Verwijder de warmtewisselaar en neem deze uit de be-
grenzer.
– Reinig de kamer met een hogedrukreiniger.
▶ In geval van vervuiling: week de platen in heet water met
een reinigingsmiddel en reinig ze dan zorgvuldig.
▶ Indien noodzakelijk: kalkaanslag binnenin de warmtewisse-
laar en van de aansluitleidingen verwijderen door gebruik
te maken van een ontkalkingsmiddel.
▶ Zet de warmtewisselaar weer in elkaar met behulp van
nieuwe schroeven.
F2555-N | F3255-N | F4055-N • 6 720 608 650 (2015/04)
▶ Monteer de begrenzer op de steun.
Brander
▶ Inspecteer de brander jaarlijks en reinig deze indien nodig.
▶ Bij extreme vervuiling (vet, roet): de brander demonteren
en in heet water met een reinigingsmiddel laten weken,
daarna zorgvuldig schoonmaken.
Waterfilter
▶ Vervang het waterfilter in de aanvoer van de waterkraan.
Waakvlam en hoofdbrander
▶ Verwijder en reinig de waakvlambrander.
▶ Verwijder en reinig de waakvlaminjector.
WAARSCHUWING:
De geiser mag niet worden opgestart, indien
het waterfilter nog niet correct is gemon-
teerd.
7.2
Opstarten na onderhoud
▶ Open alle aansluitingen. Controleer of er nergens gas lekt.
▶ Zie ook het hoofstuk 5 en/of hoofdstuk 6.
7.3
Geiser reinigen
Ga bij gevaar voor bevriezing als volgt te werk:
▶ Verwijder de borgbeugel van de draadbussen (Afb. 7,
[pos.1]).
▶ Verwijder de draadbussen (Afb. 7, [pos. 2]) van de water-
kranen.
▶ Tap al het water uit de geiser af.
Afb. 13
Reinigen
[1] Borgbeugel
[2] Draadbussen
7
13