11. Onderhoud
Korte beschrijving van de onderhoudspunten.
Zie
11.5
"Instructies voor het uitvoeren van onderhoudswerkzaamheden" voor
de exacte onderhoudsprocedures.
Machine:
1
Vuilvanger: maandelijks
reinigen (na
Eerste opstart mogelijk vaker).
Aanwezig in de stoom- en
watertoevoerleidingen
stroomopwaarts
vacuümpomp.
2
Manometer
Stoomdruk
Dagelijks
controleren
inbedrijfstelling.
Een negatieve druk is normaal. Als de
druk
is
gedaald,
waterniveau
bij
systeem.
3
Inspectiedeksel luchtschacht: Om de
zes maanden openen en de
luchtschacht controleren op vuil.
4
Perslucht aftappen: Tap het
water dagelijks af bij het ventiel
van de glazen container.
5
Smeer de nippeltrommel:
Voor maandelijkse smering van het
trommellager.
6
Inspectiedeksel trommelflens: Open
indien nodig, verwijder pluizen van
de achterwand van de trommel.
7
Oplosmiddel vulventiel:
Open in verband met programma
P51, ga verder met zie punt 6.1.2.
8
V-riem:
Controleer dit elke zes maanden en
draai het indien nodig opnieuw aan.
9
Pluizenfilter:
Dagelijks schoonmaken, vaker
als er veel pluizen zijn.
10
Speldvanger:
Reinig het naaldinzetstuk dagelijks of
afhankelijk van hoe vuil het is.
67
11 Verzamelbak voor contactwater: Verwijder
en
van
de
12 Uitruimdeur destillatiecontainer:
(el):
voor
vul
dan
het
en
ontlucht
het
13 Kijkglas distillatievat:
14 Droge besturingseenheid:
15 Eindschakelaar:
16 Handventiel adsorptiefilter:
17 Kijkglas tank 3:
18 Watervulopening (el):
19 Zeefpompbeschermer:
contactwater volgens de voorschriften. Niet
laten overlopen!
Voor het uitruimen van de
Destillatieresiduen (zie punt 11.5.7)
Maak het kijkglas schoon als het vuil is.
Controleren op vervuiling
Controleer de werking van de
eindschakelaar
Als de adsorptie onvoldoende is, laat u de
cartridges leeglopen en vervangt u ze.
Halfjaarlijkse tankreiniging via
kijkglasopening. Spoelen met programma
P50
Vul niveau tot overloop, laat leeglopen bij
de onderste aansluiting tijdens de jaarlijkse
inspectie
Controleer dagelijks en reinig indien nodig.
11.
M12/M15/M18