Bedieningsvoorschriften
VEILIGHEIDSVOORZORGEN, VERVOLG -
POMP
• Overschrijd het op het naamplaatje van de pomp vermelde hydraulische drukvermogen niet en knoei niet aan de interne
hogedrukontlastingsklep. Het opvoeren van de druk boven het aangegeven vermogen kan tot lichamelijk letsel leiden.
• Alvorens de vloeistof tot op het vereiste peil bij te vullen, moet het systeem worden ingetrokken om te vermijden dat
het pompreservoir of de blaas te veel wordt gevuld. Dit kan lichamelijk letsel veroorzaken tengevolge van een te grote
reservoir- of blaasdruk wanneer de cilinders ingetrokken zijn.
• Zet altijd de motor af en neem de druk weg alvorens verbindingen in het systeem te verbreken.
• De motor is het zwaarste deel van de pomp. Houd daar altijd rekening mee bij het opheffen of verplaatsen van de pomp.
CILINDER
•
Overschrijd het nominale vermogen van de cilinders niet. Overmatige druk kan lichamelijk letsel veroorzaken.
• Plaats geen slecht uitgebalanceerde of buiten zwaartepunt staande lasten op een cilinder. De last kan kantelen en
lichamelijk letsel veroorzaken.
• Lees en begrijp de instructies over de werking van de cilinder, evenals de waarschuwingslabels alvorens de cilinder te
gebruiken.
GEVAAR:
Bij een dubbelwerkende cilinder of ram moeten beide slangen en alle
koppelingen goed op beide poorten aangesloten zijn. Indien één van de twee poorten
belemmerd is of losgekoppeld raakt, zal de druk verhogen en zou de cilinder, de slang of
de koppeling kunnen barsten, met als mogelijk gevolg ernstig letsel of de dood.
HYDRAULISCHE VLOEISTOFFEN
• Alle vloeistoffen, onderdelen en assemblage op het einde van hun gebruiksduur afvoeren overeenkomstig de van
kracht zijnde milieuwetgeving.
• De hydraulische vloeistof moet compatibel zijn met alle hydraulische onderdelen.
Het Pompreservoir Of De Blaas Vullen
N.B.: De meeste pompen worden zonder hydraulische vloeistof in het reservoir verstuurd. De hydraulische vloeistof kan
ook in een afzonderlijke container samen met de pomp zijn verstuurd. Indien er hydraulische vloeistof nodig is, moet 215
SSU aan 100Þ F (47 cSt aan 38Þ C) hydraulische vloeistof worden gebruikt. Pompen met een blaas worden verstuurd met
hydraulische vloeistof in de blaas.
1.
Reinig de oppervlakte rond de vuldop om alle vuil en zand te verwijderen. Vuil of zand in de hydraulische vloeistof kan de
gepolijste oppervlakken en de onderdelen met precisiepassing in deze pomp beschadigen
2.
Trek alle cilinder(s) in tot zij in de retourstand staan.
3.
Verwijder de vuldop en plaats een schone trechter met filter in de opening. Vul het reservoir met hydraulische vloeistof tot 25,4
mm (1") (voor PE8, PE17 & PE30 serie pompen tot 38,1 mm (1,5")) van de dekplaat. De blaas van de PR10 serie pomp moet
volledig worden gevuld. Breng de vuldop weer aan. BELANGRIJK: Bij PR10 serie pompen moet de vuldop 1/2 tot 1 draai
worden aangedraaid nadat de o-ring in aanraking komt met het afdichtingsoppervlak. Te hard aandraaien kan die
pompen beschadigen die met een blaas zijn uitgerust.
INSTRUCTIES VOOR MONTAGE
Formulier Nr. 102875NL
Blad nr.
3/10
Rev.
Datum van uitgifte:3 nov. 1999