Overzicht van de elektrische aansluitingen
Gevaar
Ondeskundig uitgevoerde bedradingen kunnen
tot gevaarlijk letsel door elektrische stroom en
tot schade aan het toestel leiden.
■
Laagspanningskabels < 42 V en kabels
42 V/230 V~ gescheiden van elkaar leggen.
>
Kabels vlak vóór de aansluitklemmen zo kort
■
mogelijk afstrippen en dicht tegen de bijbeho-
rende klemmen bundelen.
■
Kabels vastzetten met kabelbinders.
Afb. 8
Printplaat laagspanning
A
∼
Printplaat 230 V
B
Communicatiemodule LON (toebehoren): Zie
C
pagina 13.
Aansluitingen aan printplaat laagspanning
A
Stekker
Component
Keteltemperatuursensor
§
Een van de volgende temperatuursenso-
%A
ren:
Boilertemperatuursensor
■
Boilertemperatuursensor boven bij boiler-
■
laadsysteem
Boilertemperatuursensor beneden bij boi-
%B
lerlaadsysteem
/
Volgende temperatuursensoren:
)
?
Temperatuursensor open-verdeler
■
Buffertemperatuursensor
■
Rookgastemperatuursensor
aG
Een van de volgende temperatuursenso-
aJA
ren:
Temperatuursensor Therm-Control
■
Retourtemperatuursensor T1
■
C
D
E
145
3
5 B
17
B
9/2
72
145
1
5 A
17 A
15
A
Bij de aansluiting van externe schakelcontacten en
componenten van de installateur moeten de isolatie-
voorschriften van IEC/EN 60335-1 worden nageleefd.
!
Opgelet
Door elektrostatische lading kunnen elektroni-
sche modules beschadigd worden.
Vóór de werkzaamheden geaarde objecten,
zoals verwarmings- of waterbuizen, aanraken
om de statische lading af te leiden.
20 A1
146
143
52 A1
28
21
29 50
Aansluiting bedieningsgedeelte: Zie pagina 19.
D
Codeerstekker: Zie pagina 13.
E
Installatie met één ketel
X
X
X
X
X
X
X
X
X
Elektrische aansluitingen
151
90
41
40 156 156
156
150
B
Installatie met meerdere
ketels
X
—
—
—
—
—
X
X
X
17