De klokthermostaat kalibreren
Als er een verschil is tussen de temperatuur die de thermostaat aangeeft en de reële temperatuur, moet je de thermostaat
kalibreren.
• De thermostaat mag je pas kalibreren nadat de installatie minstens twee uur in gebruik is. Dan is de
temperatuurweergave gestabiliseerd.
• Kalibreer de temperatuur niet bij extreme temperaturen.
1 Meet de temperatuur in het midden van de ruimte met een thermometer.
2 Selecteer KALIBRERING in volgend scherm:
3 Druk op toets "C".
4 Druk op de navigatietoetsen tot de weergegeven temperatuur overeenkomt met de gemeten temperatuur. Druk op
toets "C".
Je kunt de weergegeven temperatuur tot zes graden vermeerderen of verminderen.
5 Navigeer naar terug en druk op toets "C".
6. Drukknoppen met display
43