B e l l e n
Aannemen
— Een inkomende oproep beantwoorden tijdens een gesprek als
•
Weigeren
— Een inkomende oproep weigeren tijdens een gesprek als
•
Toetsblk. blokkeren
— Toetsen blokkeren tijdens een gesprek.
•
Conferentie
— Een actief gesprek en een gesprek in de wachtstand samenvoegen in een conferentiegesprek (netwerkdienst).
•
Privé
— Een privégesprek voeren met een geselecteerde deelnemer in het conferentiegesprek (netwerkdienst).
•
Wisselen
— Schakelen tussen het actieve gesprek en het gesprek in de wachtstand (netwerkdienst).
•
DTMF verzenden
— DTMF-toonreeksen (Dual Tone Multi-Frequency), zoals wachtwoorden, verzenden. Voer de DTMF-reeks in
•
of zoek ernaar in
Contact.
Doorverbinden
— Het gesprek in de wachtstand verbinden met het actieve gesprek en zelf de verbinding verbreken
•
(netwerkdienst).
De beschikbare opties kunnen verschillen.
Doorschakelen
Selecteer
Menu
Instrum.
>
U kunt inkomende oproepen doorschakelen naar uw voicemail of naar een ander telefoonnummer. Neem contact op met uw
serviceprovider voor meer informatie.
1. Selecteer een van de volgende oproeptypen:
Spraakoproepen
— Inkomende spraakoproepen.
•
Geg.- en video-opr.
•
Faxoproepen
— Inkomende faxoproepen.
•
2. Selecteer een van de volgende doorschakelopties:
Alle
spraakoproepen,
•
faxoproepen doorschakelen.
Indien bezet
— Inkomende oproepen doorschakelen wanneer u een actieve oproep hebt.
•
Als niet aangenomen
•
gegeven. Geef in het veld
doorgeschakeld.
Indien buiten bereik
•
netwerk bevindt.
Als niet beschikbaar
•
doorgeschakeld als uw apparaat bezet is, geen antwoord ontvangt of zich buiten bereik van het netwerk bevindt.
3. Selecteer Activeren.
Als u de huidige doorschakelstatus wilt controleren, gaat u naar de doorschakeloptie en selecteert u
status.
Als u het doorschakelen van spraakoproepen wilt beëindigen, gaat u naar een blokkeeroptie en selecteert u
Annuleer.
Oproepen blokkeren
De functies voor het blokkeren en doorschakelen van oproepen kunnen niet tegelijkertijd actief zijn.
Wanneer oproepen zijn geblokkeerd, kunt u soms wel officiële alarmnummers kiezen.
Selecteer
Menu
Instrum.
>
U kunt de oproepen blokkeren die met het apparaat worden uitgevoerd of ontvangen (netwerkdienst). Als u de instellingen
wilt wijzigen, moet u een blokkeringswachtwoord aanvragen bij uw serviceprovider. De blokkering geldt voor alle oproepen,
dus ook voor gegevensoproepen.
Als u oproepen wilt blokkeren, selecteert u
Uitgaande oproepen
— Voorkomen dat spraakoproepen kunnen worden uitgevoerd
•
Inkomende oproepen
•
Internat. oproepen
— Voorkomen dat internationale oproepen kunnen worden uitgevoerd.
•
Ink. opr. in buitenl.
— Inkomende oproepen blokkeren wanneer u in het buitenland bent.
•
Int. opr. niet nr vaderl.
•
toestaan.
Als u de status van het blokkeren van spraakoproepen wilt controleren, gaat u naar de blokkeeroptie en selecteert u
Controleer
status.
Als u het blokkeren van alle spraakoproepen wilt beëindigen, gaat u naar een blokkeeroptie en selecteert u
annul..
Copyright © 2006 Nokia. All Rights Reserved.
en selecteer DTMF.
Instellingen
> Doorschakelen.
>
— Inkomende gegevens- en video-oproepen.
Alle geg.- en vid.opr.
of
— Inkomende oproepen doorschakelen nadat het apparaat een bepaalde tijd belsignalen geeft
Wachttijd:
op hoelang het apparaat belsignalen moet geven voordat de oproep wordt
— Oproepen doorschakelen wanneer het apparaat is uitgeschakeld of zich buiten het bereik van het
— De laatste drie instellingen tegelijkertijd activeren. Met deze optie worden oproepen
Instell.
> Oproepblokk..
>
Mob. opr. blokkeren
— Inkomende oproepen blokkeren.
— Uitgaande internationale oproepen blokkeren, maar wel inkomende oproepen naar uw eigen land
Oproep in wachtrij
Alle
faxoproepen. — Alle inkomende spraak-, gegevens-, video- of
en maakt u een keuze uit de volgende opties:
22
Oproep in wachtrij
actief is.
actief is.
Opties
Controleer
>
Opties
>
Opties
>
Opties
Alle blokk.
>