4 Functie
4.1 Stromingsbewaking
Het apparaat levert de intrinsiek veilige voeding voor de sensoren, analyseert de
signalen van de sensoren en meldt of een vooringestelde stromingswaarde is
bereikt:
• Stroming boven de vooringestelde waarde: uitgangsrelais is aangetrokken�
• Stroming onder de vooringestelde waarde: uitgangsrelais is afgevallen�
Naar keuze bewaking van vloeibare of gasvormige media�
4.2 Temperatuurbewaking
Bij het overschrijden van het ingestelde schakelpunt voor temperatuur (SPTemp)
valt het uitgangsrelais voor de temperatuur uit, de gele LED [Temp] gaat uit:
• Temperatuur boven de vooringestelde waarde: uitgangsrelais is afgevallen�
• Temperatuur onder de vooringestelde waarde: uitgangsrelais is aangetrokken�
De ingestelde hysterese bedraagt 2 °C�
4.3 Foutbewaking
• Bij kabelbreuk, ompoling of kortsluiting van de sensorleiding of bij onderspan-
ning valt het bewakingsrelais Error uit, de rode LED [Error] knippert�
• Bij een interne fout valt het bewakingsrelais Error uit, de rode LED [Error]
brandt�
5 Montage
De schakelversterker moet buiten de ATEX-zone worden gemonteerd�
► Apparaat in een schakelkast met minimaal beschermingsklasse IP 54
inbouwen om bescherming tegen onbedoeld contact met contactgevaarlijke
spanningen en tegen atmosferische invloeden te garanderen� De schakelkast
dient te worden geïnstalleerd overeenkomstig de voorschriften van de lokale en
nationale bepalingen�
De directe omgevingsomstandigheden moeten minstens aan de vereisten van de
vervuilingsgraad 2 voldoen�
► Apparaat op een draagrail monteren� Verticaal monteren en voldoende plaats
tot bodem of deksel van de schakelkast laten om vrije ruimte voor de convec-
tiekoeling mogelijk te maken�
NL
5