Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Koerswijzer; Navigeren Met Peil En Ga; Kompasinstellingen; Het Kompas Kalibreren - Garmin GPSMAP 86 Gebruikershandleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor GPSMAP 86:
Inhoudsopgave

Advertenties

Koerswijzer

De koerswijzer is vooral handig bij navigatie op het water of op
open plekken zonder grote obstakels. De koerswijzer kan u ook
helpen gevaren nabij de koers, zoals ondiepten of rotsen onder
water te vermijden.
Om de koerswijzer in te schakelen, selecteert u vanuit het
kompas MENU > Stel voorliggende koers in > Ga naar lijn/
wijzer > Koers (krs.afw.indic.).
De koerswijzer
geeft uw relatie aan tot de koerslijn die naar
uw bestemming leidt. De koersafwijkingsindicator (CDI)
de afwijking (links of rechts) ten opzichte van de koers weer. De
schaal
heeft betrekking op de afstand tussen de punten
de koersafwijkingsindicator, die de afwijking ten opzichte van de
koers weergeeft.

Navigeren met Peil en ga

U kunt het toestel op een object in de verte richten, de richting
vergrendelen en vervolgens naar het object navigeren.
1
Selecteer Peil en ga.
2
Richt het toestel op een object.
3
Selecteer Zet richting vast > Stel koers in.
4
Navigeer met behulp van het kompas.

Kompasinstellingen

Selecteer op het kompas MENU.
Peil en ga: Hiermee kunt u het toestel op een object in de verte
richten en navigeren met het object als referentiepunt
(Navigeren met Peil en ga, pagina
Navigatie stoppen: Hiermee stopt u de navigatie van de
huidige route.
Wijzig dashboard: Hiermee wijzigt u het thema en de informatie
die op het dashboard wordt weergegeven.
Stel schaal in: Hiermee stelt u de schaal in voor de afstand
tussen punten op de koersafwijkingsindicator.
Kalibreer kompas: Hiermee kunt het kompas kalibreren als uw
kompas onregelmatigheden vertoont, bijvoorbeeld nadat u
lange afstanden hebt afgelegd of na extreme
temperatuurschommelingen
pagina
5).
Stel voorliggende koers in: Hiermee kunt u de instellingen
voor de kompaskoers aanpassen
pagina
5).
Wijzig gegevensvelden: Hiermee past u de gegevensvelden
van het kompas aan.
Standaardinstellingen: Hiermee herstelt u de
fabrieksinstellingen van het kompas.

Het kompas kalibreren

Voordat u het elektronisch kompas kunt kalibreren, moet u
buiten zijn en uit de buurt van objecten die invloed hebben op
magnetische velden, zoals auto's, gebouwen of
elektriciteitskabels.
Het toestel is voorzien van een elektronisch kompas met drie
assen. U dient het kompas te kalibreren nadat u lange
afstanden hebt afgelegd of wanneer de temperatuur is
veranderd.
1
Selecteer op de kompaspagina MENU.
De hoofdpagina's gebruiken
5).
(Het kompas kalibreren,

(Koersinstellingen,

2
Selecteer Kalibreer kompas > Start.
3
Volg de instructies op het scherm.
Koersinstellingen
Druk vanuit het kompas op MENU en selecteer Stel
voorliggende koers in.
Scherm: Hiermee selecteert u het type koersweergave van het
kompas.
Noordreferentie: Hiermee stelt u de noordreferentie van het
kompas in.
Ga naar lijn/wijzer: Hiermee stelt u het gedrag van de wijzer op
de kaart in. Peiling wijst in de richting van uw bestemming.
Koers toont uw relatie tot de koerslijn die naar de
bestemming leidt.
Kompas: Selecteer Auto om over te schakelen van een
elektronisch kompas naar een GPS-kompas als u zich
gedurende een bepaalde periode met grotere snelheid
verplaatst.
Kalibreer kompas: Hiermee kunt het kompas kalibreren als uw
geeft
kompas onregelmatigheden vertoont, bijvoorbeeld nadat u
lange afstanden hebt afgelegd of na extreme
op
temperatuurschommelingen
pagina
5).

Tripcomputer

De tripcomputer geeft uw huidige snelheid, de gemiddelde
snelheid, de tripteller en andere statistische gegevens weer. U
kunt de indeling van de tripcomputer, het dashboard en de
gegevensvelden aanpassen.

Tripcomputerinstellingen

Selecteer in de tripcomputer MENU.
Herstel: Hiermee stelt u alle tripcomputerwaarden op nul in. Als
u nauwkeurige reisinformatie wilt hebben, dient u de
tripgegevens te herstellen voordat u een reis begint.
Wijzig gegevensvelden: Hiermee past u de gegevensvelden
van de tripcomputer aan.
Wijzig dashboard: Hiermee wijzigt u het thema en de informatie
die op het dashboard wordt weergegeven.
OPMERKING: Uw aangepaste instellingen worden door het
dashboard onthouden. Uw instellingen gaan niet verloren als
u van profiel verandert
Voeg pagina toe: Hiermee voegt u een extra pagina met
aanpasbare gegevensvelden in.
TIP: U kunt de pijlknoppen gebruiken om door de
verschillende pagina's te bladeren.
Wis pagina: Hiermee verwijdert u een extra pagina met
aanpasbare gegevensvelden.
Meer gegevens: Voegt extra gegevensvelden toe aan de
tripcomputer.
Minder gegevens: Verwijdert gegevensvelden uit de
tripcomputer.
Standaardinstellingen: Hiermee herstelt u de
fabrieksinstellingen van de tripcomputer.

Hoogtemeter

De hoogtemeter toont standaard de hoogtegegevens van de
gereisde afstand. U kunt de hoogtemeterinstellingen aanpassen
(Hoogtemeterinstellingen, pagina
profiel selecteren om de details over dat punt te bekijken.

Instellingen voor de hoogtemeter

Selecteer MENU op hoogtemeter.
Herstel: Hiermee herstelt u de gegevens van de hoogtemeter,
waaronder waypoint-, spoor- en reisgegevens.
(Het kompas kalibreren,
(Profielen, pagina
16).
6). U kunt elk punt op het
5

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave