Inhoudsopgave
Advertenties
Bedieningshandleiding
Veiligheidsfotocellen
Activeren van de instelmodus met kabelaansluiting 5-polig
Als tijdens de start van het systeem aan de ingang "Vrijgave" minstens
2 seconden lang een spanning van +24V aanwezig is (bijv door
het drukken van de vrijgaveknop), dan start de ontvanger in de
instelmodus U kunt de toets loslaten zodra de aanduiding verandert
van rood in geel
Activeren van de instelmodus met kabelaansluiting 4-polig
Als bij de start van het systeem aan de uitgang "OSSD 1" gedurende
minstens 2 seconden een spanningn van +24V aanwezig is, dan start de
ontvanger in instelmodus
Als de instelmodus geactiveerd wordt met 24V aan OSSD 1,
dan mogen de uitgangen OSSD 1 en OSSD 2 niet met de
machine of de machinebesturing verbonden zijn
Activeren van de instelmodus met adapterkabel KA-0977
Sluit de adapterkabel op het toestel aan Houd de geïntegreerde toets
ingedrukt en schakel de voedingsspanning in U kunt de toets loslaten
zodra de aanduiding verandert van rood in geel
3.5 Veiligheidsafstand
De veiligheidsafstand is de minimumafstand tussen het veiligheidsveld
van de veiligheidsfotocel en de gevarenzone De veiligheidsafstand moet
gerespecteerd worden om ervoor te zorgen dat de gevaarlijke beweging
tot stilstand gekomen is voordat men de gevarenzone kan betreden
Berekening van de veiligheidsafstand volgens EN ISO 13855
en EN ISO 13857
De veiligheidsafstand is afhankelijk van de volgende factoren:
• Nalooptijd van de machine (berekening via meting van de nalooptijd)
• Aanspreektijd van machine en veiligheidsfotocel en nageschakelde
veiligheidsmodule (volledige beschermvoorziening)
• Naderingssnelheid
Veiligheidsfotocel
De veiligheidsafstand voor de veiligheidsfotocellen worden volgens de
volgende formule berekend:
S = (1600 mm/s x T) + 1200 mm
S = Veiligheidsafstand [mm]
T = Totale reactietijd (nalooptijd machine, reactietijd van de
beschermvoorziening, veiligheidsmodule, enz)
Om te verhinderen dat men onachtzaam over de BWS stapt of onder
de BWS door kruipt, moet de straal 750 mm boven de vloer of het
referentievlak (zie ISO 13857) geïnstalleerd worden
Bij gebruik van veiligheidsfotocellen moeten de volgende punten in acht
genomen worden
• Vermijden dat men onder de straal door kruipt of over de straal
heen grijpt
• Vermijden dat men tussen twee stralen door kan grijpen
• Vermijden dat men tussen twee stralen door kan passeren
Veiligheidsafstand ten opzichte van de gevarenzone
Richting waarin
de gevarenzone
betreden wordt
Bedienorgaan
Vrijgave
De geldende geharmoniseerde EN normen en eventuele nationale
voorschriften moeten in acht genomen worden
Zender
S
Gevaarlijke
plaats
Ontvanger
Mechanische Beveiliging
De veiligheidsafstand tussen de veiligheidsfotocel en de
gevaarlijke plaats moet altijd in acht worden genomen Als
een persoon de gevaarlijke plaats kan bereiken voordat de
gevaarlijke beweging tot stilstand gekomen is, kan dit tot
zware verwondingen leiden
De BWS moet parallel met vloer opgesteld zijn en de
straal moet door het opgerichte lichaam van een persoon
onderbroken worden Een eenstralige BWS als enige
beschermvoorziening is niet geschikt om de toegang van
het volledige lichaam van een persoon te verhinderen Wij
raden aan de BWS met andere beschermvoorzieningen
te combineren, zodat het onmogelijk is om de
beschermvoorziening te passeren zonder daarbij gedetecteerd
te worden De BWS is niet geschikt als lichtgordijn voor het
detecteren van vingers of als handbescherming
Voor het berekenen van de minimumafstanden van de
beschermvoorzieningen tot de gevaarlijke plaats moeten
EN ISO 13855 en EN ISO 13857 in acht genomen worden
3.5.1 Minimale afstand ten opzichte van
reflecterende oppervlakken
Bij de installatie moeten de effecten van reflecterende oppervlakken
in acht genomen worden Een foutieve installatie kan tot het niet
herkennen van onderbrekingen van het veiligheidsveld en bijgevolg
tot zware verwondingen leiden Neem daarom bij de installatie
onvoorwaardelijk de hieronder vermelde minimumafstanden ten
opzichte van reflecterende oppervlakken (metalen wanden, vloeren,
plafonds of werkstukken) in acht
Richting van het betreden
Zender
optische as
5°
8°
Grens van de
gevaarlijke plaats
Minimumafstand a
Bereken de minimumafstand tot reflecterende oppervlakken in functie
van de afstand met een openingshoek van ± 5° graden of zoek de
waarde in de volgende tabel:
Afstand tussen de zender en ontvanger
[m]
0,2 ... 3,0
4
5
7
10
12
Formule: a = tan 5° x L [mm]
a = Minimale afstand ten opzichte van reflecterende oppervlakken
L = Afstand tussen de zender en ontvanger
NL
SLB240
Ontvanger
Hindernis
a=262mm
a= 262 mm
reflecterende lichamen
(bijv materiaalcontainer)
Minimumafstand a
[mm]
262
350
440
620
880
1060
5°
8°
5
Advertenties
Inhoudsopgave
