Montage
7.3
Elektrische aansluiting
NL
Veiligheid bij elektrische aansluiting
Sluit het apparaat uitsluitend op een volgens
❯
de voorschriften geïnstalleerd stopcontact aan.
Voed geen verdere systemen via een contact-
❯
doos met meerdere aansluitingen.
De kabels naar het apparaat zonder mechani-
❯
sche spanning installeren.
Vergelijk vóór inbedrijfstelling de netspanning
❯
met de aangegeven spanning op het typepla-
tje (zie ook "4. Technische gegevens").
Apparaat op elektriciteitsnet aansluiten
Het apparaat heeft geen hoofdschakelaar.
Daarom moet het apparaat zodanig wor-
den opgesteld dat de netstekker goed
toegankelijk is en indien nodig kan wor-
den uitgetrokken.
Voorwaarden:
ü Correct geïnstalleerd stopcontact in de buurt
van het apparaat aanwezig (let op max. lengte
van het netsnoer)
ü Stopcontact goed toegankelijk
ü Netspanning komt overeen met de gegevens
op het typeplaatje van de netvoeding
Passende landenadapter op de netvoeding
❯
aanbrengen.
18
Afdekking aan de achterkant van het apparaat
❯
verwijderen.
Aansluitstekker van de netvoeding in de aan-
❯
sluiting van het apparaat steken.
Kabel met de kabelclip bevestigen.
❯
2
Netstekker in de contactdoos steken.
❯
Afdekking weer aanbrengen.
❯
7.4
Apparaat aansluiten
Het apparaat kan via de USB-aansluiting of op
een netwerk worden aangesloten. De kabels
behoren tot de leveringsomvang.
Apparaat niet tegelijkertijd op USB en op
het netwerk aansluiten.
Als het apparaat toch op USB en een
netwerk aangesloten wordt, dan heeft de
netwerkverbinding voorrang.
Apparaten veilig aansluiten
Bij het onderling op elkaar aansluiten van meer-
dere apparaten of het aansluiten van het appa-
9000-608-67/14 2003V001
1