4 Plaats het warmtewisselaarelement op de rail en duw het in de
unit.
5 Installeer de luchtfilters in de unit.
6 Installeer het servicedeksel.
19
Opsporen en verhelpen van
storingen
Als zich één van de volgende problemen voordoet, neem dan
onderstaande maatregelen en neem contact op met uw dealer.
WAARSCHUWING
Stop de werking en schakel de voeding uit als er zich
iets abnormaals voordoet (brandgeur, enz.).
Als u de unit onder dergelijke omstandigheden laat
werken, kan dit leiden tot een defect, elektrische schok of
brand. Neem contact op met uw dealer.
ALLEEN een erkend servicetechnicus mag het systeem repareren.
Storing
Als een beveiliging zoals een zekering,
onderbreker of aardlekschakelaar vaak
in werking treedt, of als de AAN/UIT-
schakelaar NIET goed werkt.
Als water uit de unit lekt.
De bedrijfsschakelaar werkt NIET goed. Schakel de voeding UIT.
Als het unitnummer op het display van
de controller staat, het bedrijfslampje
knippert en de storingscode wordt
aangegeven.
Als het systeem NIET goed werkt en geen van de bovenstaande
storingen in aanmerking komt, volg dan de onderstaande
procedures.
VAM350~2000J7VEB
Ventilatie-unit met warmteterugwinning
4P487293-1B – 2019.02
Maatregel
Schakel de hoofdvoeding
UIT.
Stop de werking.
Verwittig uw installateur
en geef hem de
storingscode door.
19 Opsporen en verhelpen van storingen
Storing
Als het systeem
▪ Controleer
helemaal NIET werkt.
stroomonderbreking is. Wacht tot de
stroom is hersteld en herbegin de
werking.
▪ Controleer of er geen zekering is
doorgebrand of een onderbreker in
werking is gesteld. Vervang indien nodig
de zekering of reset de onderbreker.
▪ Controleer of de weergave van de
besturingsmethode wordt weergegeven
op de controller. Dit is normaal. Bedien
de unit met de controller van de
airconditioner of de centrale controller.
Zie
"8 Configuratie" op
▪ Controleer of de weergave van stand-by
voor werking wordt weergegeven op de
controller - dit betekent dat de unit
voorkoelt/voorverwarmt. De unit staat stil
en
voorkoelen/voorverwarmen is beëindigd.
Zie
"8 Configuratie" op
Er wordt weinig lucht
▪ Controleer of het luchtfilter en het
uitgeblazen en er is
warmtewisselaarelement NIET verstopt
veel lawaai bij het
zijn. Zie
uitblazen.
pagina 45.
Er wordt veel lucht
▪ Controleer of het luchtfilter en het
uitgeblazen en er is
warmtewisselaarelement
veel lawaai bij het
zijn. Zie
uitblazen.
pagina 45.
INFORMATIE
De unit werkt mogelijk niet zoals verwacht door een
controle van de filtervervuiling.
Neem contact op met uw installateur wanneer een storingscode op
het scherm van de controller van de binnenunit staat. Geef hem de
storingscode door, het unittype en het serienummer (deze laatste
twee vindt u op het naamplaatje van de unit).
Hierna vindt u een lijst met storingscodes als referentie. Zie
"12.3.1 Storingcodes: Overzicht" op pagina
ernst van de storingscode, kunt u op de AAN/UIT-knop drukken om
de code te resetten. Vraag anders advies aan uw installateur.
Neem contact op met uw installateur als u na controle van alle
bovenstaande punten het probleem niet zelf kunt oplossen. Geef
hem de symptomen door, de volledige modelnaam van de unit (met
indien mogelijk ook het fabricagenummer) en de installatiedatum
(mogelijk vermeld op de garantiekaart).
20
Verplaatsen
Neem contact op met uw dealer om de volledige unit te verwijderen
en opnieuw te installeren. Het verplaatsen van units vereist een
zekere technische kennis.
21
Als afval verwijderen
OPMERKING
Probeer het systeem NIET zelf te ontmantelen: het
systeem MOET conform met de geldende wetgeving
worden ontmanteld. De units MOETEN voor hergebruik,
recyclage
en
terugwinning
behandelingsbedrijf worden behandeld.
Uitgebreide handleiding voor de installateur en de gebruiker
Maatregel
of
er
geen
pagina 24.
begint
te
werken
zodra
pagina 24.
"18 Onderhoud en service" op
geïnstalleerd
"18 Onderhoud en service" op
43. Afhankelijk van de
bij
een
gespecialiseerd
het
47