5 Installatie
5.3
Aansluiting aan waterzijde
Attentie!
a
Let erop dat de aansluitleidingen zonder me-
chanische spanningen worden gemonteerd,
zodat er geen lekkages in de CV-installatie ont-
staan!
Attentie! (alleen VCW/CWK)
Gaskeur NZ-Richtlinie.
Bij gebruik van het toestel in zonnesystemen
voor naverwarming van drinkwater moet de ge-
wenste temperatuur van het drinkwater tussen
60° en 65° liggen. Hiervoor moet het diagnose-
punt d.58 altijd op 1 zijn ingesteld; zie tabel 9.3,
hoofdstuk 9.1.2 Diagnosecodes. De werking voor
naverwarming van drinkwater via d.58 mag in
de zomer niet worden uitgeschakeld!
Attentie!
Mogelijke beschadiging van het toestel.
De temperatuur bij de koudwateraansluiting van
het toestel (in dit geval warmwateruitgang van
de zonneboiler) mag niet hoger zijn dan 70 °C.
Anders kunnen beschadigingen van het toestel
en de plaatsingsruimte door naar buiten stro-
mend heet water niet worden uitgesloten. Wij
adviseren om voor en achter het toestel ther-
mostatische mengkleppen te schakelen.
Aanwijzing!
h
Een vulvoorziening maakt GEEN deel uit van de
leveringsomvang van het toestel.
4
3
2
1
Afb. 5.2 Koud- en warmwateraansluiting monteren
5.3.1
Warmwateraansluiting (alleen VCW/CWK)
Verbind de koud- en warmwateraansluiting op het toe-
stel (bijvoorbeeld met twee aansluitstukken met klem-
koppeling voor verbinding met koperleidingen van
15 mm, zoals getoond in afb. 5.2):
• Installeer op de standplaats in de toevoerleiding voor
koud water een stopkraan.
16
• Plaats per aansluiting een afdichting en schroef de
aansluitstukken (1) op de koud- en warmwateraanslui-
ting van het toestel vast.
• Steek een wartelmoer (3) en een klemring (2) op een
koperleiding (4). De diameter van de leiding moet
15 mm bedragen.
• Steek de leidingen tot de aanslag in de aansluitstuk-
ken. Draai de wartelmoeren in deze positie vast.
a
Attentie!
Let erop dat de leiding zonder mechanische
spanningen wordt gemonteerd, zodat er geen
lekkages ontstaan!
5.3.2 Boileraansluiting (alleen VC)
Verbinding van boileraanvoer- en -retourleiding op het
toestel:
• Installeer op de standplaats de boilerleidingen
(Vaillant toebehoren).
• Plaats per aansluiting een bij de toebehoren meegele-
verde afdichting en schroef de aansluitstukken op de
boileraanvoer- en op de boilerretouraansluiting van
het toestel. Neem hiervoor ook goed nota van de bij
de toebehoren meegeleverde handleiding!
• Verbind de boilervoeler met de betreffende aansluit-
stekker van de toestelkabelboom.
• Let vóór inbedrijfstelling op een volledige ontluchting
van de boilerleidingen.
5.4
Aansluiting aan CV-zijde
a
Attentie!
Let erop dat de aansluitleidingen zonder me-
chanische spanningen worden gemonteerd,
zodat er geen lekkages in de CV-installatie ont-
staan!
4
3
2
1
Afb. 5.3 CV-aanvoerleiding en CV-retourleiding monteren
Verbind de CV-aanvoer- en CV-retouraansluiting op het
toestel (bijvoorbeeld met twee aansluitstukken met
klemkoppeling voor verbinding met koperleidingen van
22 mm, zoals getoond in afb. 5.3):
Installatie- en onderhoudshandleiding thermoCOMPACT 0020055064_01