4. Installatie
19
n Veiligheidsklep
OPGELET
Overeenkomstig de veiligheidsvoorschriften is er een op
7 bar (0.7 MPa) geijkte veiligheidsklep op de sanitair
koudwateringang van de boiler gemonteerd.
4 Bouw de veiligheidsklep in de koudwatercircuit in.
4 Installeer de veiligheidsklep vlakbij het warmwatertoestel op een
gemakkelijk toegankelijke plaats.
n Dimensionering
4 De diameter van de veiligheidsgroep en zijn aansluiting op het
warmwatertoestel moet minstens gelijk zijn aan de diameter van
de sanitairkoudwateringang van het warmwatertoestel.
4 Er mag zich geen enkel snijdend orgaan tussen de klep of de
veiligheidsgroep en het SWW-toestel bevinden.
4 Bovendien mag de afvoerleiding van de veiligheidsklep of -groep
niet verstopt zijn.
Om het afremmen van de stromen van het water in geval van
overdruk te voorkomen:
4 De afvoerbuis van de veiligheidsgroep moet een continue en
voldoende helling hebben.
4 De doorsnede van de afvoerbuis van de veiligheidsgroep moet
minstens gelijk zijn aan de doorsnede van de uitlaatopening van
de veiligheidsgroep.
n Afsluitkranen
Zorg dat de primaire en secundaire circuits d.m.v. afsluitkranen
geïsoleerd kunnen worden om het onderhoud van het
warmwatertoestel te vereenvoudigen. De afsluitkranen maken het
onderhoud van het reservoir en de bijbehorende onderdelen mogelijk
zonder de gehele installatie te moeten aftappen.
Deze kranen laten ook toe de boiler te isoleren bij de controle onder
druk van de waterdichtheid van de installatie, indien de testdruk hoger
is dan de toegelaten werkdruk voor de boiler.
OPGELET
Zijn de waterleidingen van koper, dan moet een mof van
staal, gietijzer of van ander isolerend materiaal tussen de
warmwateruitgang van het reservoir en deze leidingen
worden gemonteerd om het risico op corrosie ter hoogte
van de koppeling te vermijden.
BP 150...500-2
25/11/2015 - 7607682-001-04