U hebt gekozen voor een apparaat van de firma Theben HTS. Wij danken u voor uw vertrouwen. 1. Veiligheid GEVAAR! Werkzaamheden aan elektrische installaties mogen alleen door elektro- monteurs of door geïnstrueerde personen onder leiding en toezicht van een elektromonteur volgens de elektrotechnische regels worden uitgevoerd! Let op de landspecifieke veiligheidsvoorschriften voor werkzaamheden aan elektrische installaties! Maak de elektrotechnische installatie vóór de...
2. Werking en kenmerken De aanwezigheidsmelder compact passimo heeft een duidelijke registratieg- rens loodrecht onder de melder. De compact passimo wordt gebruikt voor de comfortabele en energiezuinige regeling van verlichting en WTB in gangen, gangpaden in magazijnen (gangpaden tussen schappen) of bibliotheken etc. Het schakelcontact A «Licht»...
3. Plaatsing / montage 3.1 Aanwezigheidsregistratie De aanbevolen montagehoogte is 2,0m tot 3,5m. Hoe hoger de montage- hoogte des te minder de gevoeligheid en precicie van de melder. De regi- stratiebereiken van meerdere melders moeten zich in de randzones over- lappen.
Pagina 6
Registratiebereik (montagehoogte 3,0m) 11 12 11 12 14 15 Opmerking: omdat de compact passimo aan beide kanten bijna horizontaal in de ruimte kijkt, worden personen met tangentiële (t) en radiale (r) bewe- gingen ten opzichte van de melder in bereiken van verschillende afmeting geregistreerd.
Pagina 7
Registratiegrens onder de aanwezigheidsmelder montagehoogte [m] < 10˚ De tolerantie van de registratiegrens onder de aanwe- zigheidsmelder is afhankelijk van de montagehoogte en de montagenauwkeurigheid.
3.2 Lichtmeting De melder meet kunstlicht en daglicht dat direct onder de melder wordt re- flecteerd (openingshoek ± 30°). De montageplaats wordt gebruikt als referentie van het verlichtingsniveau. Bij indirecte verlichting mag het kunstlicht op de montageplaats van de mel- der 2000 Lux niet overschrijden (bij een lichtsterkteschakelwaarde >...
4. Inbedrijfstelling De melders worden met een basisinstelling vanaf fabriek gebruiksklaar ge- leverd. Voor de inbedrijfstelling is optioneel de serviceafstandsbediening QuickSet plus of de management-afstandsbediening SendoPro verkrijgbaar. Daar- mee kunnen alle variabelen op afstand worden ingesteld. 4.1 Instellingen schakelcontact „Licht“ A Stelschroef ...
Pagina 10
Nalooptijd ● Doorgangszones ca. 5 min. ● Bij instellingen tussen 2 - 15 min. varieert de nalooptijd zelflerend in dit bereik. Instelwaarden <2 min. of >15 min. blijven ongewijzigd. ● „Impuls“: aansturing trappenhuis-automaat (0,5sec. „on“ / 10sec. „off“) DIP-Switch: ...
Pagina 11
4.2 Instellingen schakeluitgang „Aanwezigheid“ B Nalooptijd aanwezigheid ● De ingestelde waarden blijven ongewijzigd (geen zelflerend effect). Inschakelvertraging aanwezigheid ● Het contact sluit bij aanwezigheid pas na afloop van de ingestelde inschakelvertraging. ● 0 = contact sluit direct bij aanwezigheid. ●...
4.3 Inschakelgedrag Telkens wanneer het sensorgedeelte op het voedingsgedeelte wordt gesto- ken of telkens na uitschakeling van de spanning doorloopt de melder 3 fasen, die door een LED worden weergegeven. 1. Opstartfase (30 sec) ● LED knippert elke seconde, beide contacten gesloten (licht en aanwezigheid AAN) ●...
5. Overige schakelvoorbeelden 5.1 Parallelschakeling Master-Slave Meerdere melders schakelen één lichtgroep ● Alleen de Master schakelt de verlichting. Alle overige melders zijn Slaves ● Aanwezigheidsregistratie door alle melders gezamenlijk ● Lichtmeting alleen bij de Master ● Stelschroef en DIP-switch alleen bij de Master instellen ●...
5.2 Parallelschakeling Master-Master Meerdere Masters schakelen meerdere lichtgroepen ● Per lichtgroep één Master met individuele lichtsterktemeting. ● Aanwezigheidsregistratie door alle melders samen ● Stelschroef en DIP-switch bij elke Master individueel instellen ● Parallelschakeling van max. 10 melders ● Dezelfde fase voor alle melders gebruiken ●...
5.3 Parallelschakeling op externe trappenhuisautomaten ● Schakelcontacten Licht van meerdere melders direct parallel schakelen ● Nalooptijd Licht bij alle melders ELPA 1 op Impuls zetten ● Alle voedingsgedeelten als Master markeren ● Trappenhuisautomaat bijvoorbeeld Theben ELPA 1 5.4 Melder als trappenhuisautomaat ●...
6. Testmodus („test“) De testmodus dient ter controle van de aanwezigheidsregi- stratie en de bedrading (parallelschakeling Master-Slave). 6.1 Instelling testmodus met DIP-Switch ● DIP-Switch in de stand «Test» zetten (bij parallelschakeling bij alle melders) 1. Opstartfase (30 sec) ● Gedurende 30 sec. is het contact gesloten(LED 20 s «on», 10 s «off» ) 2.
8. Garantieverklaring Theben HTS aanwezigheidsmelders zijn met de grootste zorgvuldigheid en met de mo- dernste technologieën geproduceerd en hebben een kwaliteitstest doorstaan. Theben HTS garandeert daarom de goede werking bij deskundig gebruik. Als er desondanks gebreken ontstaan, geeft Theben HTS garantie volgens de algemene voorwaarden: Let er met name op ●...
9. Verhelpen van storingen Storing Oorzaak Licht wordt niet ingescha- Luxwaarde te laag ingesteld; melder op halfau- keld resp. licht wordt uitge- tomatisch ingesteld; licht werd handmatig met de schakeld bij aanwezigheid drukknop of met clic uitgeschakeld; geen persoon in en duisternis het registratiebereik;...
Pagina 21
Afmetingen compact passimo . . 26,5 ∅ Technische wijzigingen en drukfouten voorbehouden...