d
Tik op
in het ontwerpbewerkingsscherm.
• Zie "Ontwerpbewerkingsfuncties" op pagina 35
voor meer informatie over de functies in het
ontwerpbewerkingsscherm.
e
Selecteer
en tik vervolgens op de toets
"OK".
• Er zijn twee patroonselectiefuncties beschikbaar,
afhankelijk van uw voorkeur.
Zie "Meerdere patronen selecteren" op pagina 31
voor meer informatie over het selecteren van
meerdere patronen.
f
Tik op
.
g
Controleer de voorbeeldweergave en tik
vervolgens op de toets "OK".
Opmerking
• Het verenigen van patroonomtrekken kan niet
ongedaan worden gemaakt. Als u de
oorspronkelijke patroonindeling wilt herstellen,
moet u de patronen opnieuw selecteren en
deze vervolgens indelen.
De omtrekken van de geselecteerde patronen
worden verenigd.
Opmerking
• Met deze functie wordt de buitenste omtrek van
de patronen verenigd. Wanneer u bepaalde
soorten patronen verenigt die binnenin
uitgesneden gebieden bevatten, worden deze
uitgesneden gebieden niet gebruikt om de
omtrek te maken. Controleer altijd of de
verenigde patronen in de voorbeeldweergave
voldoen aan uw wensen voordat u de
procedure voltooit.
-
Verenigen van ingebouwde lettertypen
-
Verenigen van gescande letterafbeeldingen
3
37