Ingang CX
Koppelt een functie aan de ingang CX.
De parameter [C3] verschijnt alleen als de functie [Automatische sluiting] actief is
F2
Ingang CY
Koppelt een functie aan de ingang CY.
De parameter [C3] verschijnt alleen als de functie [Automatische sluiting] actief is
F3
Veiligheidstest
Activeert de besturing van de juiste werking van de aan de ingangen verbonden fotocellen, na elke instructie voor openen en
sluiten.
De veiligheidstestfunctie is altijd actief voor de draadloze veiligheidsapparatuur.
F5
Ingang CX
Ingang CY
Veiligheidstest
OFF (default)
C1 = Weer openen tijdens het sluiten
(fotocellen)
C2 = Weer sluiten tijdens het openen
(fotocellen)
C3 = Gedeeltelijke stop Alleen met
[Autom. sluiting] actief.
C4 = Wachten voor obstakel (fotocellen)
C7 = Weer openen tijdens het sluiten
(veiligheidslijsten)
C8 = Weer sluiten tijdens het openen
(veiligheidslijsten)
OFF (default)
C1 = Weer openen tijdens het sluiten
(fotocellen)
C2 = Weer sluiten tijdens het openen
(fotocellen)
C3 = Gedeeltelijke stop Alleen met
[Autom. sluiting] actief.
C4 = Wachten voor obstakel (fotocellen)
C7 = Weer openen tijdens het sluiten
(veiligheidslijsten)
C8 = Weer sluiten tijdens het openen
(veiligheidslijsten)
OFF (default)
1 = CX
2 = CY
4 = CX+CY