Veiligheidsapparatuur
Confi gureer tijdens de programmering het type actie dat moet worden uitgevoerd door het aan de ingang aangesloten
apparaat.
Sluit de veiligheidsuitrustingen aan de ingangen CX en/of CY aan.
Als de contacten CX en/of CY niet worden gebruikt, moeten ze tijdens de programmering worden gedeactiveerd.
Fotocellen DELTA
Standaardaansluiting
10 11 E 5
+ - NO C NC
RX
Fotocellen DIR / DELTA-S
Standaardaansluiting
10 11 E 5
+
-
10
2 TX C NC
RX
10 TS 2 CX CY
+ -
TX
10 TS 2 CX CY
TX 2
TX
Fotocellen DELTA
Aansluiting met veiligheidstest
Zie functie [F5] veiligheidstest.
10 11 E 5
+ -
NO C NC
RX
Fotocellen DIR / DELTA-S
Aansluiting met veiligheidstest
Zie functie [F5] veiligheidstest.
10 11 E 5
+
-
10
2 TX C NC
RX
10 TS 2 CX CY
+ -
TX
10 TS 2 CX CY
TX 2
TX