5 Bediening
5.1 Contactloze (optische) meting
Om een contactloze toerentalmeting door te voeren, gaat u als volgt te werk:
1. Houd de POWER toets ingedrukt, om het apparaat in te schakelen.
2. Druk op de FUNCTION toets, tot op het display de aanduiding "PHOTO" verschijnt. De Led
van de optische sensor begint op te lichten.
3. Breng een stuk reflectietape aan op het meetobject en richt met het meetapparaat zo op de
reflectietape, dat bij het roteren de lichtstraal van de contactloze sensor de tape kruist.
Controleer of het meetsymbool op het display verschijnt, wanneer de lichtstraal de
reflectietape kruist.
4. Zodra de meetwaarde op het display stabiel is drukt u op de HOLD toets. De waarde wordt
nu vastgehouden op het display.
Opmerking:
De meest voorkomende meetafstand ligt tussen de 50...150 mm (bij 18000 rpm).
Afhankelijk van het toerental en de belichting kan deze afstand afwijken. De max.
meetafstand is 300 mm.
Opmerking:
Bij zeer lage toerentallen (<50 rpm) kunt u er voor kiezen meerdere stukken
reflectietape aan te brengen, om het toerental exacter te kunnen bepalen. Denk er
hierbij wel aan dat het toerental aansluitend gedeeld dient te worden door het aantal
gebruikte stukken tape.
5.2 Contactmeting
5.2.1 Toerental
Om een toerentalmeting door te voeren, gaat u als volgt te werk:
1. Houd de POWER toets ingedrukt, om het apparaat in te schakelen.
2. Druk op de FUNCTION toets, tot op het display de aanduiding "TOUCH" verschijnt.
3. Kies een geschikte meetadapter (kegel of trechter) en monteer deze op de as van het
meetapparaat.
4. Druk op de UNIT toets, om RPM als eenheid te selecteren.
5. Druk de adapter licht tegen het middelpunt van de as, daar waar u het toerental wilt meten.
6. Zodra de meetwaarde op het display stabiel is drukt u op de HOLD toets. De waarde wordt
nu vastgehouden op het display.
5.2.2 Oppervlaktesnelheid
Om de oppervlaktesnelheid te meten, , gaat u als volgt te werk:
1. Houd de POWER toets ingedrukt, om het apparaat in te schakelen.
2. Druk op de FUNCTION toets, tot op het display de aanduiding "TOUCH" verschijnt.
3. Monteer de meetwieladapter op de as van het meetapparaat.
4. Druk op de UNIT toets, om de gewenste eenheid voor de oppervlaktesnelheid te selecteren.
5. Druk het meetwiel licht op het meetoppervlak.
6. Zodra de meetwaarde op het display stabiel is drukt u op de HOLD toets. De waarde wordt
nu vastgehouden op het display.
GEBRUIKSAANWIJZING Stroboscoop PCE-T 260
9