4.3 Handmatige luchtverdeling
Instellen van de luchtverdeling
De vertricale luchtleidinglamellen kunnen hand-
matig naar links en rechts worden versteld (zie
Afb. 9). Aanvullend staat voor de horizontale lucht-
verdeling de automatische swing-functie ter
beschikking (zie hoofdstuk "Toetsen van de
afstandsbediening").
Afb. 9: Luchtverdeling instellen
Instellen van de luchtuitvoer
Naar wens kan de onderste luchtuitlaat van het
apparaat worden gedeactiveerd. De lucht wordt
dan alleen door de bovenste luchtuitlaat uitge-
blazen. Om de instellingen te wijzigen, gaat u als
volgt te werk:
1.
Apparaat spanningsloos schakelen en ver-
volgens herstellen.
2.
Het luchtinlaatrooster openen (zie Afb. 10)
3.
De knop voor de selectie van de uitblaasrich-
ting binnen 10 minuten na het herstellen van
de stroomvoorziening voor 5 seconden inge-
drukt houden.
4.
Na een geslaagde instelling toont het display
de status van de onderste luchtuitlaatlamel
(on = geopend, off = gesloten).
5.
Het luchtinlaatrooster sluiten.
Afb. 10: Openen van het aanzuigrooster
Afb. 11: Knop uitblaasrichting
1: Knop uitblaasrichting
1
13