Warmtepompconvectoren
EPRA14~18D + ETBH/X16E
Daikin Altherma 3 H HT W
4P644736-1C – 2023.02
6
Richtlijnen met betrekking tot mogelijke toepassingen
|
Instelling
Externe kamerthermostaat voor de
primaire zone:
▪
#: [2.A]
▪
Code: [C-05]
Voordelen
▪
Draadloos. De Daikin externe kamerthermostaat is beschikbaar in een draadloze
versie.
▪
Efficiëntie. Hoewel de externe kamerthermostaat alleen AAN/UIT-signalen
doorstuurt, werd hij specifiek voor het warmtepompsysteem ontworpen.
▪
Comfort. In het geval van vloerverwarming zorgt de draadloze externe
kamerthermostaat ervoor dat er tijdens het koelen geen condensatie op de vloer
optreedt door de vochtigheid in de kamer te meten.
Opstelling
A Aanvoerwatertemperatuur primaire zone
B Een eenpersoonskamer
a Warmtepompconvectoren (+ controllers)
▪
Voor meer informatie over de aansluiting van de elektrische bedrading op de
unit, zie:
-
"9.2 Aansluitingen op de
-
"9.3 Aansluitingen op de
▪
De warmtepompconvectoren worden als volgt aangesloten:
-
Warm water → Binnenunit
-
Koud water → Buitenunit
▪
De gewenste kamertemperatuur wordt ingesteld via de controller van de
warmtepompconvectoren. Er zijn verschillende controllers en opstellingen
mogelijk voor de warmtepompconvectoren. Voor meer informatie, zie:
-
De installatiehandleiding van de warmtepompconvectoren
-
De installatiehandleiding van de opties voor warmtepompconvectoren
-
Het bijlageboek voor optionele uitrustingen
▪
Het signaal om ruimteverwarming/koeling te vragen wordt naar een digitale
input op de binnenunit gestuurd (X2M/35 en X2M/30).
1 (1 contact): Als de gebruikte
externe kamerthermostaat
of warmtepompconvector enkel een
thermo AAN/UIT-staat kan sturen. Geen
onderscheid tussen een vraag naar
verwarming of een vraag naar koeling.
B
A
a
4
buitenunit" [
109]
4
binnenunit" [
117]
Waarde
Uitgebreide handleiding voor de installateur
37