Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Meting; Voorbereiding; Functies; Vervangen Van De Flitslamp - PCE Instruments OM 15 Gebruiksaanwijzing

Inhoudsopgave

Advertenties

4 Meting

4.1 Voorbereiding

a) Verbind het apparaat met de geschikte voedingsbron.
b) Schakel het apparaat in, met behulp van de ON toets (3-4). Het apparaat is gereed voor de
snelheidsmeting (RPM/FPM). Schakel de schakelaar „Ext./Int.Switch" (3-15) op „Int." (voor
interne trigger). De aanduiding "RPM" dient nu zichtbaar te zijn. Is dit niet het geval, druk
dan net zo lang op de „RPM/Hz"-toets (3-14) tot de "RPM" aanduiding oplicht.

4.2 Functies

a) Wanneer het te verwachten toerental bekend is, kan de "Fast finder" toets gebruikt worden,
om het apparaat reeds in grote stappen grof af te stellen. Bij inschakeling is het apparaat
ingesteld op 100 RPM.
b) Selecteren van de "High" (hoge) of de "LOW" (lage) resolutie: Druk op de „HI/LO" (3-8,Fig.1)
toets. Op het display verschijnt "HXXXXX" bij de hoge resolutie, of "LXXXX" bij de lage
resolutie.
c) Toets voor vermenigvuldiging met of deling door 2: Druk eenmaal op de "X2" toets (3-10,
Fig. 1) voor de directe vermenigvuldiging van de ingestelde waarde. Druk eenmaal op de "/2"
toets (3-11, Fig. 1) voor de directe deling door twee van de ingestelde waarde.
d) Fijn-afstelling: Druk eenmaal op de "Fine" toets (+) (3-13), voor de verhoging van de
ingestelde waarde. Druk op de "Fine" toets (-) (3-12), voor het verlagen van de ingestelde
waarde.
e) Frequentiemeting: De functies bij de geselecteerde Hz-modus zijn hetzelfde als bij de
toerentalmeting, met als verschil dat de "Hz"-indicator hierbij oplicht.
f) Opslaan/oproepen van het geheugen: Na het selecteren van de "RPM" of "Hz" meetmodus
kunt u met de „Memory Button" (3-19) de meetwaarde intern opslaan op het apparaat. Voor
het oproepen van de zojuist opgeslagen waarden drukt u op de "Recall" toets (3-18) en de
waarden worden weergegeven op het display. Bij het uitschakelen van het apparaat worden
de opgeslagen waarden gewist.
g) Externe trigger: Naast de interne trigger, kan het apparaat ook getriggerd worden door een
externe trigger. Schakel hiertoe de „Ext./Int." -schakelaar op "Ext.". De trigger aanduiding (3-
3C) zal hierdoor oplichten. Steek de jackplug (niet in de leveromvang) in de ingang (externe
trigger-ingang 3-16). Op het display wordt de waarde van het externe-trigger-signaal
weergegeven. U kunt de "RPM/Hz" toets gebruiken, om de weergave-eenheid van het
externe signaal te wijzigen.
h) RS-232 Interface: Het apparaat beschikt over een digitale interface. Steek een 3,5 mm
jackplug (niet in de leveromvang) in de overeenkomende ingang (3-17). Na de verbinding
met een pc kunnen de meetwaarden direct (online) overgedragen worden (of via de
Windows hyperterminal, of via de optionele software).
Let op:
Wanneer u de snelheid meet, zorg er dan voor dat de flitslamp synchroon flits met het meetobject
(één op één). De stroboscoop zal ook de beweging stoppen bij een rotatie van 2:1, 3:1,4:1, enz., die
normaal gezien als een "harmonisch" wordt beschouwd.

5 Vervangen van de flitslamp

Het is noodzakelijk de flitslamp te vervangen, wanneer het instrument onregelmatig flitst (Bij
snelheden >3600 RPM).
GEBRUIKSAANWIJZING Stroboscoop PCE-OM 15
6

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave