4 Montage en installatie opdak
4.2.1.4 Type stokschroef monteren
1
1.
Leg de afstanden van de dakankers vast. (→ Pagina 9)
2.
Boor op de desbetreffende plaats een gat in de dakpan
(1).
3.
Draai de stokschroef door de dakpan aan het dakspant
vast (2).
4.
Plaats de middelste moer zodanig dat na het opsteken
van het bovenste dakankerdeel het voorste oplegbereik
tegen de dakbedekking aanligt (3). Let hierbij op de cor-
recte positie van het bovenste, middelste en onderste
dakanker.
4
5
5.
Positioneer het dakanker op de middelste moer (4).
6.
Schroef de tweede moer erop en draai deze vast (5).
–
Werkmateriaal: Schroefsleutel SW 17
7.
Snijd de draadstang direct boven de moer af (6).
8.
Ontbraam het snijpunt.
12
3
6
4.2.2
Collectoren monteren
n
4.2.2.1
Veldschikking naast elkaar
Gevaar!
Lichamelijk letsel en materiële schade
door het vallen van een collector!
Een collector kan bij ondeskundige bevesti-
ging vallen.
▶
Trek de klemelementen vast.
▶
Controleer de reglementaire spanning
door aan de klemklauwen te schudden.
▶
Als een klemklauw bewogen kan worden,
draai dan de moer vast.
Opgelet!
Beschadiging van van binnen liggende
componenten!
De collectorbinnenruimte wordt door een
ventilatieopening in de buisdoorvoer geventi-
leerd.
▶
Zorg ervoor dat de ventilatieopening vrij is
zodat de lucht ongehinderd kan stromen.
1.
Monteer de collectoren op het dak, zoals in de volgende
hoofdstukken aangegeven.
Aanwijzing
Montagerails en klemelementen kunnen niet
tegelijk bewogen worden.
Montagerails monteren
Aanwijzing
Fout van het systeem!
Voor een correcte werking van het systeem au-
roFLOW plus moet bij een afwisselende aanslui-
ting de onderste montagerail met een verval van
1% naar de onderste aansluiting (collectorretour)
lopen.
2.
Bevestig de montagerail afhankelijk van de veldaanslui-
ting.
3.
Bevestig de montagerail zodanig dat een verval van 1%
naar de onderste aansluiting (collectorretour) ontstaat.
Montagehandleiding auroTHERM classic 0020159933_01
1
2