Installatie
apparaat een afstand van minstens
55 mm aan te houden. Daardoor kun-
nen de deuren van het koelapparaat
probleemloos open zonder dat de deur-
greep in de weg zit.
Hoe groter de luchtafvoeropening, hoe
energiezuiniger de compressor werkt.
- Voor de luchttoevoer en luchtafvoer
moet aan de achterkant van het koel-
apparaat een luchtafvoerkanaal wor-
den geplaatst dat minstens 50 mm
diep is en net zo breed als de opzet-
kast.
- De doorsnede van de ontluchting on-
der het plafond moet ten minste
2
300 cm
bedragen, zodat de warme
lucht ongehinderd kan worden afge-
voerd.
50