2
4
1
3
Afb. 13: Modus "Koelen", "Verwarmen" en "Circu-
latie".
Modus "Ontvochtigen"
Controleer of de binnenunit op de stroomvoorzie-
ning is aangesloten en is ingeschakeld.
De aanduiding van de bedrijfsmodus op het aan-
duidingsveld van de binnenunit begint te knip-
peren.
1.
Druk op de toets "MODE" om de bedrijfs-
modus "Ontvochtigen" te selecteren.
2.
De temperatuurinstelling op de afstandsbe-
diening heeft geen invloed op de werking van
het apparaat.
3.
Druk op de toets "ON/OFF" om de aircondi-
tioning in te schakelen.
2
3
1
Afb. 14: Modus "Ontvochtigen"
In de modus "Ontvochtigen" kunt u niet de ven-
tilatorsnelheid instellen. Deze wordt reeds auto-
matisch aangestuurd.
Modus "Timer"
Door te drukken op de toets "TIMER ON" kan de
tijd "Auto-on", en door te drukken op de toets
"TIMER OFF" kan de tijd "Auto-off" van het appa-
raat worden ingesteld.
Instellen van de tijd "Auto-on"
1.
Druk op de toets "TIMER ON". De afstands-
bediening toont "TIMER ON", de laatste
instelling van de tijd "Auto-on" en het sym-
bool "H" verschijnt op het display. Nu is het
apparaat gereed om de tijd "Auto-on" terug te
zetten en de modus "TIMER ON" te starten.
2.
Druk nogmaals op de toets "TIMER ON" om
de gewenste tijd "Auto-on" in te stellen. Elke
keer als u de toets indrukt wordt de tijd met
een half uur, tussen 0 en 10 uur, verhoogd
en met één uur tussen 10 en 24 uur.
3.
Nadat deze instellingen zijn uitgevoerd is er
een seconde vertraging voordat de afstands-
bediening het signaal op de binnenunit
bepaalt. Na 2 seconden verdwijnt het "H"-
symbool op het LCD-display en de ingestelde
temperatuur verschijnt weer op het display.
Afb. 15: Modus "Timer"
1
2
17