3.2 Ongeschikte locaties
Plaats de CO-melder niet op een van de volgende locaties.
(1) In de onmiddellijke nabijheid van kookapparatuur (op ten minste 1 meter horizontale afstand).
(2) Buiten het gebouw.
(3) In een afgesloten ruimte (bijv. in of onder een kast).
(4) In een vochtige ruimte.
(5) Direct boven een gootsteen of kookplaat.
(6) Naast een deur, raam, luchtschacht of alle plekken waar deze zou worden blootgesteld aan tocht.
(7) Naast een afzuigkap.
(8) Boven warmtebronnen zoals een radiator of warme luchtschacht.
(9) Waar deze geblokkeerd zou worden, bijv. door gordijnen of meubilair.
(10) In een ruimte waar de temperatuur onder -10°C zou kunnen zakken of boven 40°C zou kunnen
stijgen.
(11) Waar vuil of stof de sensor zouden kunnen blokkeren.
(12) Waar hier gemakkelijk tegenaan gestoten of beschadigd zou kunnen worden, of waar deze per
ongeluk afgezet of verwijderd zou kunnen worden.
(13) In een badkamer of andere ruimte waar de CO-melder blootgesteld zou kunnen worden aan
waterspetters, druppels of condensatie (bijv. boven een elektrische ketel).
(14) In de nabijheid van verf-, thinner- of oplossingsmiddeldampen of luchtverfrissers.
9