De melder mag niet aangesloten zijn als de isolatie van de 230V bedrading wordt gecontroleerd
met hoge voltages, d.w.z. gebruik geen isolatiemeter op het alarm. Gebruik de CO-melder niet op
sporadische basis of als een draagbare detector voor de lekkage van ontbrandingsproducten van
apparatuur voor de verbranding van brandstoffen of schoorstenen.
Een op de elektrische installatie aangesloten CO-melder dient bij voorkeur te worden geïnstalleerd
door een erkend elektrotechnisch installateur. De CO-melder is een veiligheidsproduct en juiste
montage maar ook juiste plaatsing in de woning zijn hierbij onontbeerlijk.
De melder moet constant 24 uur per dag op de 230V netspanning zijn aangesloten, dus is
het belangrijk dat hij niet wordt aangesloten in een circuit die met een schakelaar kan worden
uitgeschakeld.
4.1 Installatieprocedure
1. Kies een locatie die voldoet aan het advies in de sectie "Waar moeten CO-melders worden geplaatst".
2. Zorg dat de aansluitdraden voor 230V spanningsloos zijn.
3. De bedrading moet op de volgende manier worden aangesloten op het contactblok op de montageplaat:
L: Live (onder spanning) - sluit aan de bruine draden of die gemarkeerd met L.
N: Neutral (neutraal) - sluit aan de blauwe draden of die gemarkeerd met N.
IC: Interconnect (verbonden) - gebruik deze aansluiting niet behalve wanneer deze wordt verbonden
met andere Ei CO-melders met een IC contact - zie 4.2.
Waarschuwing: Als de live- en neutral-verbindingen op het moment dat de melders verbonden zijn
worden verwisseld, zal dat alle melders beschadigen - zorg dat overal in het gebouw dezelfde kleuren
worden gebruikt voor de live-, neutral- en interconnect-draden.
13