Systeeminstellingen
OPMERKING: Afhankelijk van de computer en de geïnstalleerde apparaten
kunnen de onderdelen die in dit gedeelte worden vermeld wel of niet worden
weergegeven.
Opstartvolgorde
Via Boot Sequence (Opstartvolgorde) kunnen gebruikers de door System Setup
gedefinieerde volgorde van het opstartapparaat omzeilen en direct op een specifiek
apparaat opstarten (bijvoorbeeld een optische schijf of harde schijf). Tijdens de
Power-on Self Test (POST) zodra het Dell-logo verschijnt. U kunt het volgende doen:
•
System Setup openen door op de F2-toets te drukken;
•
het eenmalige opstartmenu openen door op de F12-toets te drukken.
In het eenmalige opstartmenu staan de apparaten waar het systeem vanaf kan
opstarten en de opties voor diagnostiek. De opties van het opstartmenu zijn:
•
Verwijderbare schijf (mits beschikbaar)
•
STXXXX schijf
OPMERKING: XXX staat voor het nummer van de SATA-schijf.
•
Optische schijf (mits beschikbaar)
•
Diagnostiek
OPMERKING: Na het selecteren van Diagnostics (Diagnostiek) wordt
het scherm ePSA diagnostics (ePSA-diagnostiek) geopend.
In het scherm voor de opstartvolgorde wordt ook de optie weergegeven voor het
openen van het scherm systeeminstallatie.
Navigatietoetsen
OPMERKING: Voor de meeste System Setup-opties geldt dat de door u
aangebrachte wijzigingen wel worden opgeslagen, maar pas worden
geëffectueerd nadat het systeem opnieuw is opgestart.
97